Molariteit - sommen

Agenda
- bespreken voorbeeld FSO
- H1+2 bekijken
-Zelf aan de slag
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Agenda
- bespreken voorbeeld FSO
- H1+2 bekijken
-Zelf aan de slag

Slide 1 - Diapositive

FSO 
luister mee met de antwoorden

Slide 2 - Diapositive

H1+2 herhalen

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

molariteit   -  formules
Molariteit:  M = n : V                n in mol             V in liter


Aantal mol:   n = m : Mw         m in gram       Mw in gram/mol (binas 98/99)

Slide 6 - Diapositive

concentratie/ molariteit
Concentratie (symbool c) van een stof in een oplossing is de hoeveelheid stof (meestal gram) per volume eenheid (meestal Liter) van de oplossing.
c = m : V   (let op: volume van de oplossing, niet de opgeloste stof)
Molariteit (weergegeven door de stof tussen vierkante haakjes te zetten) is de concentratie in mol per Liter:  M = n : V
(let op: volume van de oplossing, niet de opgeloste stof)

We gebruiken in de scheikunde vooral de molariteit

Slide 7 - Diapositive

We gebruiken de formule :  M = n / V
n = aantal mol
V = volume (in liter)

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

We lossen 0,5 mol glucose (C6H12O6) op in 250 mL water. Bereken de molariteit van glucose.

Slide 21 - Question ouverte

We lossen 200 g glucose (C6H12O6) op in 0,500 L water. Bereken de molariteit van glucose.

Slide 22 - Question ouverte

We lossen 50g NaCl op in 5,5 L water.
Bereken [Na+].

Slide 23 - Question ouverte

We lossen 60g MgCl2 op in 400 mL water.
Bereken [Cl^2-].

Slide 24 - Question ouverte

We lossen 100g calciumnitraat op in 2,3 L water.
Bereken de molariteit van de nitraationen.

Slide 25 - Question ouverte

We lossen 80,0g ammoniumchloride op in 700 mL water.
Bereken de molariteit van de chloride-ionen.

Slide 26 - Question ouverte

We lossen 0,50 kg aluminiumsulfaat op in 7,4 L water.
Bereken de molariteit van de aluminiumionen.

Slide 27 - Question ouverte

Ik wil een glucoseoplossing met een molariteit van 0,50 M maken. Hoeveel mol glucose moet ik dan in 800 ml water oplossen?

Slide 28 - Question ouverte

Ik wil een glucoseoplossing met een molariteit van 0,50 M maken. Hoeveel gram glucose moet ik dan in 800 ml water oplossen?

Slide 29 - Question ouverte

Ik wil een glucoseoplossing met een molariteit van 0,50 M maken. In hoeveel water moet ik 2,0 mol glucose oplossen?

Slide 30 - Question ouverte

Ik wil een glucoseoplossing met een molariteit van 0,50 M maken. In hoeveel water moet ik 50 gram glucose (C6H12O6) oplossen?

Slide 31 - Question ouverte