Workshop Medicatie les 2

1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 35 diapositives, avec diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Causale therapie
behandeling van een ziekte door de oorzaak te bestrijden

Slide 4 - Diapositive

Symptomatische therapie
Behandeling van een ziekte die niet de oorzaak van de ziekte aanpakt, maar alleen de klachten en verschijnselen van de ziekte bestrijdt

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Palliatieve therapie:
Focus ligt op het verlichten of voorkomen van het lijden en het verbeteren van de levenskwaliteit.
Genezen is niet het doel.

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Ferromedicatie
  • Ferrosulfaat is een vorm van ijzer.
  • Innemen op een lege maag.

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Lien

vezels die zorgen voor vasthouden water 

Slide 22 - Diapositive

diagnostische toediening
Diagnostische toediening betekent dat een stof (zoals een medicijn, contrastmiddel of andere stof) wordt toegediend met als doel een diagnose te stellen of te bevestigen. 

Slide 23 - Diapositive

Werking
  • via de maag en darm in het bloed terecht.
  • Als het medicijn zijn werk heeft gedaan, verlaat de werkzame stof het lichaam weer. (de lever en de nieren)
  • een onbedoelde werking= bijwerking.
  • Resorptie is het actief opnemen van voedingsstoffen door de wand van de darm heen in het bloed. ... Bij resorptie moeten de verteringsproducten een aantal membranen passeren voordat de verteringsproducten in het bloed zitten. Resorptie is opname van een geneesmiddel in de bloedbaan


Slide 24 - Diapositive

Fysische effecten.

  • Werking op interactie tussen het geneesmiddel en signaalstoffen zoals hormonen of neurotransmitters
  • Het placebo-effect. Een placebo is een niet-actieve stof die toch na toediening de klachten van de patiënt laat verminderen. Het placebo-effect wordt dus naar alle waarschijnlijkheid opgewekt door de hersenen, maar de lichamelijke effecten ervan (bijvoorbeeld bloeddrukdaling) zijn wel degelijk meetbaar en kunnen dan ook nuttig (of schadelijk) zijn.

Slide 25 - Diapositive

Latijn voor: 'ik zal behagen’

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Vidéo

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

 topisch (lokaal/plaatselijk)

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Vidéo

Slide 35 - Diapositive