Week 6 - Les 1


Week 6 - Les 1
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon


Week 6 - Les 1

Slide 1 - Diapositive

Planning
1) herhaling present simple (+ to be & to have got)
2) maken opdr 6 tm 11 (blz 33 tm 36)
3) Extra oefenen op Slimleren

Slide 2 - Diapositive

To Be = (te) zijn
I
He She It
You We They
Positief (+)
Am
Is
Are
Ontkennend (-)
Am not / 'm not
Is not / isn't / 's not
Are not / aren't / 're not
Vragend (?)
Am I
Is he/she/it
Are you/we/they

Slide 3 - Diapositive

To have got = (te) hebben
I / you / we / they
He She It
Positief (+)
have got
has got
Ontkennend (-)
have not got / haven't got
has not got / hasn't got
Vragend (?)
Have I/you/we/they got
Has he/she/it got

Slide 4 - Diapositive

Present Simple = Tegenwoordige Tijd
I / you / we / they
She He It (SHIT)
Positief (+)
hele werkwoord
hele werkwoord + s
hele werkwoord + es
Ontkennend (-)
do not + hele werkwoord
don't + hele werkwoord
does not + hele werkwoord
doesn't + hele werkwoord
Vragend (?)
Do + I/you/we/they + hele werkwoord
Does + he/she/it + hele werkwoord

Slide 5 - Diapositive

Spellingsregels
LET OP: Alleen bij SHE HE en IT

Hele werkwoord eindigend op een s-klank = +es (vb. kiss = kisses)

Hele werkwoord eindigend op een O = +es (vb. go = goes)

Hele werkwoord eindigend op een medeklinker+y = y --> ies (vb. study = studies)

Alle overige werkwoorden krijgen +s (vb. walk = walks)

Slide 6 - Diapositive

LessonUp opdracht
Zet het werkwoord tussen haakjes steeds in de juiste vorm van de Present Simple

Typ alleen de dingen die tussen haakjes staan op de juiste manier: de rest van de zin hoef je niet over te nemen

In totaal worden 10 zinnen gevraagd

Slide 7 - Diapositive

1) My father (to have got) a very fancy moustache.

Slide 8 - Question ouverte

2) (you / to have) a brother or sister?

Slide 9 - Question ouverte

3) Timmy (to play) football every Sunday.

Slide 10 - Question ouverte

4) (You / to be) okay?

Slide 11 - Question ouverte

5) My dad (to like) to watch TV.

Slide 12 - Question ouverte

6) My sister (not / to study) Spanish.

Slide 13 - Question ouverte

7) Bob (to love) hamburgers.

Slide 14 - Question ouverte

8) You (not / to have) any power here!

Slide 15 - Question ouverte

9) (you / to do) your homework on Sunday?

Slide 16 - Question ouverte

10) Do or do not, there (to be) no try.

Slide 17 - Question ouverte

Planning
1) herhaling present simple (+ to be & to have got)
2) maken opdr 6 tm 11 (blz 33 tm 36)
3) Extra oefenen op Slimleren

Slide 18 - Diapositive

Opdracht 6 tm 11 (blz 33-36)
1) Maak de opdrachten eerst in je boek
2) Voer de antwoorden in op de online omgeving
3) Controleer je antwoorden
4) Verbeter eventuele fouten die je gemaakt hebt in je boek
5) Oefen op Slimleren (§1.1)
timer
5:00

Slide 19 - Diapositive

Homework
* Opdr 6 tm 11 maken (blz 34-36)
* Opdrachten online invoeren
*  Verbeter de fouten in je boek
* Leer de woordjes van hoofdstuk 1

Slide 20 - Diapositive