BOA Hoofdstuk 1.5 Wetgeving

• BOA
• MBO
• Studiejaar 1

Structuur van de les.

• Herhaling → Gelukt met de mindmap?
• Toetsmatrijs en leerdoelen.
• Nut & belang.
• Voorkennis.
• Bespreken leerdoelen.
• Samenvattende toetsvragen LessonUp.
• Vragen.

Herhaling

Kiesrecht bestaat uit stemrecht en passiefkiesrecht

1. Juist
2. Onjuist

Wat behoort tot het hoog college van Staat en i s het belangrijkste onafhankelijke adviesorgaan van Nederland?

Wat weet je nog over
het kabinet?

Leerdoelen;

1. uitleggen wat wordt bedoeld met 'wetten in formele zin' en 'wetten in materiële zin’
   
2. uitleggen wat algemene maatregelen van bestuur (AMvB's), ministeriële regelingen en verordeningen zijn
   
3. de begrippen attributie, delegatie en subdelegatie met betrekking tot centrale wetgeving globaal omschrijven.

Toetsmatrijs ExTH

Nut &

Belang

Helpt de student te begrijpen hoe bepaalde regels werken en hoe ze tot stand komen.

DE GRONDWET

WET IN FORMELE ZIN (= wettelijk voorschrift)

Hoogste wetgeving na de Grondwet

Vastgesteld door regering en Staten-Generaal gezamenlijk

Herkenbaar aan het woord WET………..

WET IN MATERIELE ZIN (= wettelijk voorschrift)

Vloeit voort uit een wet + mag er niet van afwijken!

Regering

 AMvB = minister + Koning = regering (= KB)

 Ministeriële regeling = minister

Lagere overheid

Gemeentelijke verordening = gemeenteraad

Provinciale verordening = Provinciale Staten

Keur = waterschap

Geen WET (in formele zin) maar wel een wettelijk voorschrift

DE WET IN FORMELE ZIN

Bindende overheidsregel gemaakt door:

                                   regering en Staten-Generaal gezamenlijk

WETSVOORSTEL

Minister

Ministerraad

Raad van State

2e k

1e k

Koning

Andement

Ja of Nee

Ja of Nee

Of initiatiefwetsvoorstel uit de 2e Kamer

Attributie

Het verschil zit hem in het voorheen al dan niet bestaan van de bevoegdheid. In het geval van attributie bestond de bevoegdheid nog niet. Er wordt dus iets nieuws gecreëerd. Voorbeeld: een College van B&W mag een vergunning verlenen. Dit mogen ze krachtens een besluit van de wetgever. De bevoegdheid bestond hiervoor niet, dus attributie. 

Delegatie

Bij delegatie wordt een bestaande bevoegdheid overgedragen aan een ander. Stel dat het College van B&W uit de vorige vraag besluit om een commissie in het leven te roepen om vergunningen te verlenen, dan is er sprake van delegatie. De bevoegdheid om vergunningen te verlenen bestond al en lag bij het College van B&W. Deze heeft de bevoegdheid overgedragen aan de commissie

LOKALE VERORDERING

vastgesteld door Provinciale Staten, gemeenteraad of waterschap

Provinciale Staten kunnen in hun verordeningen feiten als overtreding strafbaar stellen. De provinciale milieuverordening is een voorbeeld van een dergelijke verordening

 De gemeenteraad maakt de verordeningen die de raad in het belang van de gemeente nodig vindt (Artikel 149 Gemeentewet). De Algemene Plaatselijke Verordening (APV) is hier het bekendste voorbeeld van.

Belang van het onderscheid tussen wet en wettelijk 

bij wettelijk voorschrift = in een wet in formele zin + in een wet in materiele zin

alleen bij wet = alleen in een wet in formele zin

 

Dat betekent dat een lager wettelijk voorschrift, zoals een lokale verordening, geen strafvordering kan bevatten. 

Jurispurdentie

uitspraken van rechters (jurisprudentie) zijn ook een belangrijke bron van recht

jurisprudentie wordt gebruikt als vaste regel zolang de wet dat niet regelt

Wat voor soort wet is de gemeentelijke verordening?

1. AMvB
2. Wet in Formele zin
3. Wet in Materiele zin

Wat is attributie?

1. Vanuit de Grondwet toekennen van een nieuwe wetgevende bevoegdheid aan een overheidsorgaan
2. Een bevoegdheid geven aan een lager overheidsorgaan
3. Dat een wet in formele zin een ander overheidsorgaan rechtstreeks de bevoegdheid verleent om wetten in materiele zin te maken op eigen gezag, maar op verantwoordelijkheid van de Staten-Generaal.

Welk orgaan kan een Algemene maatregel van Bestuur maken?

Voorbereiding voor de volgende les.

• Lees deze les nog een keer door en schrijf vragen op.
• Doorlezen Hoofdstuk 1.6 en 1.7
• Noteer de lastige woorden.
• Toets volgende week dinsdag 20 september