VWO 2 Etiketten Thema 2

1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

‘Vers’ is een beschermde term die niet zomaar op een verpakking mag.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 3 - Quiz

‘Vers’ is een beschermde term die niet zomaar op een verpakking mag.

Niet waar 

De term ‘vers’ is niet in de Warenwet vastgelegd. Het is dus eigenlijk een lege term. Het wil ook niet zeggen dat het product gezonder is dan andere producten.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Voor het gebruik van claims op een verpakking, zoals 'vezelrijk' of 'light', zijn wettelijke regels.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 6 - Quiz

Voor het gebruik van claims op een verpakking, zoals 'vezelrijk' of 'light', zijn wettelijke regels.

Waar
 
Fabrikanten moeten zich aan wettelijke regels houden bij het gebruik van claims op verpakkingen. Termen als 'vezelrijk' en 'light' mogen dus niet zomaar gebruikt worden.

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Dit icoon op een product betekent: een portie van dit product bevat 20% van de hoeveelheid zout die je per dag binnen moet krijgen.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 9 - Quiz

Dit icoon op een product betekent: een portie van dit product bevat 20% van de hoeveelheid zout die je per dag binnen moet krijgen.
Niet waar
  
Bij zout (en verzadigd vet) geeft het icoon aan wat maximaal nog past binnen een gezond voedingspatroon voor een volwassene. Het is niet nodig dat je de 100% haalt. Het is zelfs beter om onder de 100% te blijven.


Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Hoeveel calorieën zitten er in 1 uitdeelpakje van deze melkbiscuits?
A
97 kcal
B
194 kcal
C
477 kcal

Slide 12 - Quiz

 194 kilocalorieën
 

De biscuits zijn hier per 2 verpakt en worden meestal ook allebei gegeten. 
Per 100 gram is het 477 kcal. Per biscuit is het gewicht 20,4 gram. Met twee biscuits krijg je 40,8 gram binnen. Daarom is de portie 194 kcal. Dit is erg veel voor kinderen.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Op de verpakking moeten de ingrediënten op volgorde staan van gebruikte hoeveelheid.
A
JA
B
NEE

Slide 15 - Quiz

Op de verpakking moeten de ingrediënten op volgorde staan van gebruikte hoeveelheid

JA 
 
De ingrediënten staan op volgorde van wat er in zit. Het ingrediënt dat als eerste wordt genoemd in de ingrediëntenlijst, zit het meeste in dat product.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Als er E-nummers in een product zitten, dan staat dat nummer altijd in de ingrediëntenlijst op het etiket.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 18 - Quiz

Als er E-nummers in een product zitten, dan staat dat nummer altijd in de ingrediëntenlijst op het etiket.

NIET WAAR  
Steeds vaker gebruiken fabrikanten de volledige naam van de hele stof, bijvoorbeeld citroenzuur of natriumnitriet. Maar die hebben ook een E-nummer (E330 en E250). Dat maakt het lastig om op de verpakking te herkennen of er E-nummers zijn gebruikt.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

In biologische producten zitten geen E-nummers
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 21 - Quiz

In biologische producten zitten geen E-nummers

Niet waar
 
Ook in biologische producten kunnen E-nummers zitten, zoals conserveermiddelen of rijsmiddelen. Het gaat dan alleen om E-nummers met een natuurlijke oorsprong. Niet alle E-nummers mogen in biologische producten zitten.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Betekent ‘light’ altijd dat er veel minder calorieën in een product zitten?
A
JA
B
NEE

Slide 24 - Quiz

Betekent ‘light’ altijd dat er veel minder calorieën in een product zitten?

Nee
 ‘Light' betekent dat er, vergeleken met de gewone variant, minimaal 30% minder calorieën, vet óf suiker in een product zit. In light-chips zit minstens 30% minder vet dan in een soortgelijke chips, maar het bevat maar zo'n 10% minder calorieën. Check daarom de voedingswaardetabel.

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Als op een verpakking staat ‘zonder suiker toegevoegd’, dan zit er ook echt geen suiker in.
A
Dat klopt, er zit echt geen suiker in
B
Nee, er kan toch suiker inzitten

Slide 27 - Quiz

Als op een verpakking staat ‘zonder suiker toegevoegd’, dan zit er ook echt geen suiker in.

Nee, er kan toch suiker in zitten
 
Er kan van nature aanwezige suiker in het product zitten (uit fruit bijvoorbeeld) of suiker uit bijvoorbeeld geconcentreerd appelsap. Check in de voedingswaardetabel hoeveel suiker er in het product zit.

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Op gehakt in je koelkast staat de 'Te gebruiken tot'-datum van gisteren. Het ruikt nog goed. Kun je het nog veilig eten?
A
JA
B
NEE

Slide 30 - Quiz

Op gehakt in je koelkast staat de 'Te gebruiken tot'-datum van gisteren. Het ruikt nog goed. Kun je het nog veilig eten?

NEE

Gehakt dat over de ‘te gebruiken tot’ (TGT) datum is, kun je niet eten, ook als het nog goed ruikt. De TGT-datum geeft aan tot en met welke datum het voedsel veilig gegeten mag worden.  

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Op een pak rijst staat een THT-datum van een jaar geleden. Kun je de rijst nog eten?
A
JA
B
NEE

Slide 33 - Quiz

Op een pak rijst staat een THT-datum van een jaar geleden. Kun je de rijst nog eten?

Ja
 
De ‘ten minste houdbaar tot'-datum (THT) geeft aan tot wanneer de fabrikant de kwaliteit garandeert. Als het pak onbeschadigd is en de rijst er goed uitziet en nog goed ruikt, kun je het nog eten.

Slide 34 - Diapositive