22-3-2021 (4kl)

Bij binnenkomst

Tijdens de les

1. Telefoon in de telefoontas
2. Jas aan (de kapstok)
3. Rustig op je eigen plek gaan zitten
4. Spullen op tafel
5. Rustig kletsen tot de les begint
1. Eén persoon tegelijk aan het woord. Wil je iets zeggen? Steek je vinger op! Je praat pas als je de beurt krijgt.
2. Tijdens het zelfstandig werken werk je in stilte of met zacht volume (zie het stoplichtje op de betreffende dia).
3. Je blijft op je plek zitten tenzij je toestemming hebt.
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Bij binnenkomst

Tijdens de les

1. Telefoon in de telefoontas
2. Jas aan (de kapstok)
3. Rustig op je eigen plek gaan zitten
4. Spullen op tafel
5. Rustig kletsen tot de les begint
1. Eén persoon tegelijk aan het woord. Wil je iets zeggen? Steek je vinger op! Je praat pas als je de beurt krijgt.
2. Tijdens het zelfstandig werken werk je in stilte of met zacht volume (zie het stoplichtje op de betreffende dia).
3. Je blijft op je plek zitten tenzij je toestemming hebt.

Slide 1 - Diapositive

Today (22-3-2021)
  • Herhaling leesteksten aanpakken
  • Oefenen lezen

Slide 2 - Diapositive



Aan het einde van de les...
- Heb je goed gewerkt
- Weet je hoe je leesteksten aan kunt pakken
- Heb je kunnen oefenen met leesvaardigheid

Slide 3 - Diapositive

Toets SE week
De toets voor Engels zal zijn op woensdag 31 maart 2021. 



  • KL: Lees- en schrijfvaardigheid (formele brief en persoonlijke informatie)
  • GT: Schrijfvaardigheid (formele brief)

Slide 4 - Diapositive

Wat betekent het om een tekst te skimmen?

Slide 5 - Question ouverte

Skim de tekst 'Man behind the masks' en bedenk voor jezelf wat het antwoord kan zijn op de volgende vragen.

  • Waar gaat deze tekst over? 
  • Beschrijf in twee zinnen wat jij, zonder de tekst gelezen te hebben, over dit onderwerp weet.

Slide 6 - Diapositive

Wat betekent het om een tekst te scannen?

Slide 7 - Question ouverte

Geef bij elke bewering aan of deze wel of niet wordt genoemd door middel van het scannen van de tekst. 


  1. Bobby wist op 18 jarige leeftijd dat hij stuntman wilde worden.
  2. Bobby werd gekwalificeerd voor zes verschillende sporten.
  3. Bobby werd aangenomen als stunt double na vijf audities. 

Slide 8 - Diapositive

Geef bij elke bewering aan of deze wel of niet kloppen door middel van het scannen van de tekst. 


  1. Bobby wist op 18 jarige leeftijd dat hij stuntman wilde worden. NIET
  2. Bobby werd gekwalificeerd voor zes verschillende sporten. WEL
  3. Bobby werd aangenomen als stunt double na vijf audities. WEL

Slide 9 - Diapositive

Wat kun je doen als je
een woord tegenkomt
dat je niet kent?

Slide 10 - Carte mentale

Onbekende woorden
De betekenis van onbekende woorden in een tekst kun je vaak achterhalen.

  • Lees de zin of alinea waarin het woord staat. Bedenk wat het woord in deze zin of alinea kan betekenen.
  • Kijk of het woord op een Nederlands woord lijkt. 
  • Kijk of je een deel van het woord herkent en daarmee de betekenis van het woord kunt herleiden.
  • Als dit niet lukt en het is echt belangrijk om de betekenis van dit woord te weten, zoek je het op in je woordenboek.

Slide 11 - Diapositive

Kijk naar lines 42 tot en met 45. Wat is de betekenis van 'a buzz'?
A
een kick
B
angst
C
woede
D
zenuwen

Slide 12 - Quiz

In examenteksten en examenvragen vind je vaak signaalwoorden (linking words).
Ze helpen je om het verband tussen delen van de tekst of delen van een zin te begrijpen.
Welke signaalwoorden ken jij?

Slide 13 - Carte mentale

Match the linking words with the function they have in a text.
for example / such as
also
moreover
so
but
first
because
if

een voorwaarde

de reden of oorzaak

volgorde aangeven

tegenover-gestelde

het gevolg
iets wat nog belangrijker is

een opsomming

een voorbeeld

Slide 14 - Question de remorquage

  • for example / such as = bijvoorbeeld
  • also = ook
  • moreover = bovendien
  • so = dus
  • but = maar
  • first = eerst
  • because = omdat
  • if = als

Slide 15 - Diapositive

Geef antwoord op de volgende vraag. 

Which point is made about Bobby Holland Hanton in paragraph 2?

A. Bobby helps Daniel Craig during difficult scenes.
B. Skyfall was the first film Bobby was in.
C. Besides being very sporty, Bobby is a brilliant actor as well.

Slide 16 - Diapositive

Geef antwoord op de volgende vraag. 

Which point is made about Bobby Holland Hanton in paragraph 2?

C. Besides being very sporty, Bobby is a brilliant actor as well.

"... he's very strong and athletic. Despite what you might think, he's also got great acting skills." (l. 15 - 17)

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Would you like to be a stuntman / stuntwoman? Why / why not?
Answer in English.

Slide 19 - Question ouverte

Waar zou je morgen nog mee willen oefenen voor de SE week? Waar heb je nog moeite mee?

Slide 20 - Question ouverte

Doen:
Oefen met leesvaardigheid met behulp van ReadTheory
Hoe?
- Voor jezelf
- Let op je volume
- Muziek mag via oortjes

Slide 21 - Diapositive