2a Woordenschat H2: beeldspraak - metonymie

Woordenschat H2
Beeldspraak:  metonymia

2 vwo
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Woordenschat H2
Beeldspraak:  metonymia

2 vwo

Slide 1 - Diapositive

Lesopbouw
- Herhaling vergelijking, metafoor en personificatie
- Opdracht 4 en 5 bespreken
- Opdracht 7 zelfstandig nakijken
- Opdracht 6 maken en lezen
- Opdracht 6 nakijken
- Leerdoel en uitleg metonymia
- Opdrachten maken: startopdracht, opdracht 1 en opdracht 2

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen beeldspraak
  • Ik kan uitleggen wat beeldspraak is. 
  • Ik kan uitleggen wat letterlijk en figuurlijk taalgebruik is.
  • Ik kan uitleggen wat een vergelijking, metafoor, personificatie en metoniem is.
  • Ik kan een vergelijking, metafoor, personificatie en metoniem herkennen in een tekst. 
  • Ik kan de betekenis geven bij een vergelijking, metafoor, personificatie en metoniem.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Opdrachten bespreken
Pak je schrift met de antwoorden van opdracht 4 en 5. Open je boek op blz. 27.  Zorg dat je een pen bij de hand hebt om de antwoorden te verbeteren.

Slide 8 - Diapositive

Opdracht 4
1– twee vergelijkingen: in alinea 2 ‘als een rat in de val’; in alinea 4: ‘net een vingerafdruk’
– zeven metaforen: in alinea 3: puzzelstukje; in alinea 4: loot, stam; alinea 5: uilskuiken; alinea 7: (het) net (sluit zich); alinea 8: geplukt, goochelt (de twee metaforen in werkwoorden).
– drie personificaties: in alinea 1: bewijsmateriaal (wees aan); in alinea 4: een briefje (spreekt); in alinea 6: ‘deze zaak (illustreert)’.
2 Je kunt de titel opvatten als personificatie, maar daar kun je over twisten. Voor beide antwoorden (‘ja’ en ‘nee’) is wat te zeggen:
– Ja, de titel kun je wel als een personificatie opvatten; het sms-bericht wordt voorgesteld als degene (een rechercheur) die een moordzaak oplost.
– Nee, de titel is een kop; het is een verkorting van ‘Dankzij een sms-bericht konden rechercheurs een moordzaak oplossen’.

Slide 9 - Diapositive

Opdracht 5
Opdracht 5
– om de tuin leiden (al. 2) - bedriegen; misleiden
– onder de loep nemen (al. 2) - kritisch, nauwkeurig bekijken
– een hoge vlucht nemen (al. 3) -  zich sterk ontwikkelen
– door de mand vallen (al. 8) -   betrapt worden
– een pluimpje krijgen (al. 8) - lof krijgen; geprezen worden omdat je iets goed gedaan hebt

Slide 10 - Diapositive

Opdracht 7

Slide 11 - Diapositive

Opdracht maken en lezen
Maak opdracht 6 (blz. 27).
Als je klaar bent, ga je lezen in je leesboek. 

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Huiswerk vrijdag 24 maart
H2 Woordenschat: metonymia (blz. 56). 

Maak de startopdracht, opdracht 1 en opdracht 2. 

Slide 15 - Diapositive