6.2

Terugblik
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Terugblik

Slide 1 - Diapositive

Het belastbaar inkomen is
A
het bedrag dat je aan belasting moet betalen.
B
het bedrag waarover je belasting moet betalen.

Slide 2 - Quiz

Hoe bereken je het belastbaar inkomen?
A
Brutowinst - bruto inkomen
B
Aftrekposten X bruto inkomen
C
Bruto inkomen - aftrekposten
D
Bruto inkomen + aftrekposten

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Slide 6 - Diapositive

Let op! Berekeningen met het schijventarief hoeven jullie niet te kunnen!

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Zet de juiste uitspraak bij het juiste stelsel
Inkomensongelijkheid wordt bij dit stelsel het grootst.
Iedereen betaalt procentueel gezien even veel belasting over zijn verdiende euro's
Dit stelsel zorgt ervoor dat het draagkrachtbeginsel wordt toegepast
Progressief belastingstelsel
Degressief belastingstelsel
Proportioneel belastingstelsel

Slide 10 - Question de remorquage

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Else heeft een vermogen van € 13.000. het heffingsvrije vermogen is € 50.000. Betaalt Else vermogensrendementsheffing?
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quiz

Sihem heeft op 1 januari 2020 een vermogen van €63.000. Aan het eind van het jaar is dit gestegen tot €68.000. De belastingdienst heeft haar fictieve rendement vastgesteld op €684. In werkelijkheid was haar rendement €900. De vermogensrendementsheffing is 30%. Hoeveel belasting betaalt Sihem in box 3 voor het jaar 2020?
A
(68.000 - 63.000) x 0,3 = €1.500
B
63.000 x 0,3 = €18.900
C
684 x 0,3 = €205,20
D
900 x 0,3 = €270

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Belasting in box 3 over inkomen uit vermogen, zoals spaargeld en beleggingen.
Een korting op het bedrag dat je aan inkomstenbelasting moet betalen.
Het eerste deel van je vermogen waarover je geen belasting hoeft te betalen.
Belasting die je betaalt voor het bezit van een auto.
Heffingskorting
Heffingsvrij vermogen
Vermogensrendementsheffing
Motorrijtuigenbelasting

Slide 17 - Question de remorquage

Maak het stappenplan juist
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5
Stap 6
Bepaal jaarinkomen 
Min heffingskorting
Min aftrekposten
Verdeel inkomen over schijven
Bereken bedrag met percentage per schijf
Plus eigenwoningforfait

Slide 18 - Question de remorquage