Blits les 31

• Basisschool
• Groep 6

Blits les 31

Je kunt beeld-, staaf- en 

kolomgrafieken:

- herkennen

- lezen en 

-begrijpen

werkboek nodig bij opgave 3

Grafiek 1 is een kolomgrafiek. 

Welke informatie kun je uit deze grafiek halen?

Grafiek 2 is een kolom- en lijngrafiek. 

Het bevat dezelfde gegevens als grafiek 1. 

Alleen zijn nu de bovenkanten verbonden door een lijn. 

Grafiek 3 is een lijngrafiek. 

Het bevat weer dezelfde gegevens.

Alleen zijn nu de kolommen weggehaald. In een lijngrafiek kun je duidelijk de ontwikkeling zien: Ridder Valtnooit won de eerste jaren niet zoveel toernooien. De laatste jaren juist wel. 

Opgave 1. Bekijk bron 1.
In welk jaar vonden de meeste overvallen door struikrovers plaats?

Hoeveel overvallen vonden er in het jaar 1007 plaats?

Ridder Valtnooit vocht in de jaren 1008 en 1009 tegen de struikovers. Heeft hij zijn werk goed gedaan? Geef een argument bij je antwoord.

Opgave 2. Bekijk bron 2.
In welk jaar werden de meeste personen tot ridder geslagen?

1. 1001
2. 1003
3. 1004
4. 1007

En in welk jaar werden de minste personen geridderd?

1. 1001
2. 1003
3. 1004
4. 1007

Hoeveel personen ongeveer werden in 1006 tot ridder geslagen?

1. 28
2. 30
3. 32
4. 36

Ten tijde van oorlog werden er meer mannen geridderd. Zo ook tijdens de oorlog in de jaren 1003 en 1004. In welke twee jaren heeft er nog een oorlog plaatsgevonden.

1. 1001 en 1002
2. 1005 en 1006
3. 1006 en 1007
4. 1008 en 1009

Opgave 3. Lees bron 3. 

Vul de gegevens in de lijngrafiek in je werkboek in. 

Verbind dan de lijnen met elkaar. 

Opgave 4. Bekijk bron 4.
Hoeveel procent van het leger van koning Arthur is boogschutter?

1. 10
2. 20
3. 30
4. 40

En hoeveel procent is bewapend met een lans?

1. 10
2. 20
3. 30
4. 40

Hoeveel procent van het leger vecht niet met het zwaard?

Welke wapens worden het meest gebruikt?

1. kruisboog
2. lans
3. zwaard
4. hellebaard

En welke het minst?

1. kruisboog
2. lans
3. zwaard
4. hellebaard

Overleg met je schoudermaatje

Wat als.... jij in de riddertijd had geleefd?

Welke voor- en nadelen zijn er?