HA1 1 september

• engels
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

English 1HA

Overview

-

Aims of this lesson

- Learning/ repeating ‘to be’

- We know how to use ‘to have’

'to be' herhalen

Het werkwoord to be heeft een eigen vorm. Deze moet je uit je hoofd leren.

I am (ik ben)

You are (jij bent)

We are (wij zijn)

They are (zij zijn)

He is  (hij is)

She is (zij is)

It is   (het is)

welke vorm van to be hoort bij
YOU

1. am ('m)
2. are ('re)
4. is ('s)

welke vorm van to be hoort bij
HE/SHE/IT

1. are ('re)
2. am ('m)
3. be
4. is ('s)

welke vorm van to be hoort bij
I

1. is ('s)
2. are ('re)
3. am ('m)
4. be

welke vorm van to be hoort bij
WE

1. be
2. am ('m)
3. is ('s)
4. are ('re)

welke vorm van to be hoort bij
they

1. is ('s)
2. are ('re)
3. be
4. am ('m)

nu proberen wij het in een zin

I ____ very happy

1. am ('m)
2. is ('s)
3. are ('re)

To have 

Betekenis= hebben

I’ve seen a dog

to have 

I have 

You have

He has

She has

It has 

We have 

They have 

shorter version

I’ve 

You’ve 

He’s

She’s

It’s

We’ve 

They’ve 

She ____ got a lot of plants

1. has ('s)
2. is ('s)
3. are ('re)
4. have ('ve)

They ____ really nice

1. am
2. is
3. are
4. have

exercises 

page 36

exercise 1,2,3,4

homework

leren: 'to be' & 'to have' 

leren: theme words onder het kopje 'looks and appearance' bladzijde 74