Klas 1 week 9 les 2 2022 dierengeluiden

Bienvenu(e)s!

Lesdoelen (buts)

Je gaat nieuwe Franse woorden leren die te maken hebben met mensen en activiteiten beschrijven
Wat ga je doen?
Ga naar Naslag Chapitre 5
Voca F + PC G
Schrijf in jouw vocabulaireschrift/map 
met een vouw in het midden
links: Frans
rechts: Nederlands
de woorden/zinnen van
 voca F en PC G op
Klaar? Bedek de Nederlandse vertaling en kijk welke zinnen je al kent. Werk met * en potlood
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Bienvenu(e)s!

Lesdoelen (buts)

Je gaat nieuwe Franse woorden leren die te maken hebben met mensen en activiteiten beschrijven
Wat ga je doen?
Ga naar Naslag Chapitre 5
Voca F + PC G
Schrijf in jouw vocabulaireschrift/map 
met een vouw in het midden
links: Frans
rechts: Nederlands
de woorden/zinnen van
 voca F en PC G op
Klaar? Bedek de Nederlandse vertaling en kijk welke zinnen je al kent. Werk met * en potlood

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen/buts
Aan het eind van de les:
- Heb ik het werkwoord avoir (hebben) herhaald
- Weet ik dat dierengeluiden in het Frans anders zijn dan in het Nederlands
- Heb ik de passé composé geoefend





Slide 2 - Diapositive

Dierengeluiden
Open het werkblad "Dierengeluiden" bij Bronnen en vul dit in.

We gaan luisteren en kijken naar een liedje over dierengeluiden.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Les réponses


Le poussin = het kuikentje  La poule = de kip  Le coq = de haan
La dinde = de kalkoen          Le pigeon = de duif
Le chat = de kat                      Le chien = de hond
La chèvre = de geit               L'agneau = het lammetje
La vache = de koe                   le taureau = de stier



Slide 5 - Diapositive

Ken je het rijtje van "avoir" (met vertaling) ?
avoir...... avoir.......
       mmmm....

Slide 6 - Diapositive

AVOIR ( = hebben)
Vervoeging van "avoir" met vertaling :
stopwatch
00:00

Slide 7 - Diapositive

Zij heeft gegeven
A
Elle a donné
B
Elle a donner
C
Elle donné
D
Elle a donne

Slide 8 - Quiz

U heeft gedanst
Kies de juiste zin
A
Vous avez danser
B
Vous avez dansé
C
Vous avez chanter
D
Vous avez chanté

Slide 9 - Quiz

Ik heb gevraagd

Slide 10 - Question ouverte

Wij hebben gezongen.

Slide 11 - Question ouverte

wij hebben gekeken

Slide 12 - Question ouverte

Départ

  1. Après ce cours tu sais:
  • parler de ton week-end dernier


Slide 13 - Diapositive

Hoe maak je de passé composé?
A
avoir + voltooid deelw.
B
être + voltooid deelw.
C
avoir of être + voltooid deelw.
D
avoir en être + voltooid deelw.

Slide 14 - Quiz

wij hebben gegeten
A
nous avons mangé
B
on a mangé
C
nous sommes mangé
D
on est mangé

Slide 15 - Quiz

5

Slide 16 - Vidéo

00:10
Wat doet Alice 's ochtends
A
tv kijken,met haar zus , broodje
B
radio luisteren, met broer, eitje
C
tekenfilm, met broertje, ontbijtgranen
D
boek lezen, alleen, koffie

Slide 17 - Quiz

00:20
Wat doet ze daarna (tijd, actie, wie)

Slide 18 - Question ouverte

00:33
Wat zijn 'tâches ménagères'?

Slide 19 - Question ouverte

00:51
Hoe laat gaat ze naar haar grootouders?
A
5 uur 's middags
B
half 6 's avonds
C
7 uur 's avonds
D
half 8 's avonds

Slide 20 - Quiz

01:06
Noem één ding dat ze bij haar grootouders doet

Slide 21 - Question ouverte

Hoe zeg je:
"Afgelopen weekend heb ik pizza gegeten. "

Slide 22 - Question ouverte

Praten over je weekend
  • Vertel over meerdere dagen
  • wanneer, waar, wat, wie, ...
  • In de p.c. voor de acties
    --> J'ai mangé 
  • In de imp hoe het was
    --> c'était bon

Slide 23 - Diapositive

Praten over je weekend
Traduis les phrases en français :

1. Afgelopen zaterdag, rond 12 uur ‘s middags, ben ik naar mijn grootouders gegaan.

2. We hebben een taart gemaakt en het was geweldig.

Slide 24 - Diapositive

Presque la fin du cours!
1. Hoe zeg je: De les/het was leuk!
2. Hoe zeg je: ik heb mijn huiswerk gemaakt.
3. Qu'est-ce que tu as appris?
4. Qu'est-ce que tu ne comprends pas encore?

...MAINTENANT LES PRÉSENTATIONS

Slide 25 - Diapositive

Présentations
  • Les 2 suivants restent dans le cours pour se présenter….. 
  • Sujet: …..je parle de mon weekend
  • Les autres: écoutez! Et raconte se que tu as entendu. Donnez un tip et un top.

Slide 26 - Diapositive

Klaar? Ga zelfstandig aan de slag met de weektaak
Maken van de oefeningen en/of leren van de vocabulaire
In stilte werken zolang de timer loopt.

Slide 27 - Diapositive

Au revoir

Slide 28 - Diapositive