Klas A3 week 7 les 1

Bienvenu(e)s!

Lesdoelen (buts)

Je gaat nieuwe Franse woorden leren die te maken hebben met mensen en activiteiten beschrijven
Wat ga je doen?
Ga naar Naslag Chapitre 1
Phrases-clés D
Schrijf in jouw vocabulaireschrift/map 
met een vouw in het midden
links: Frans
rechts: Nederlands
de woorden/zinnen van PC D op
Klaar? Bedek de Nederlandse vertaling en kijk welke zinnen je al kent. Werk met * en potlood
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Bienvenu(e)s!

Lesdoelen (buts)

Je gaat nieuwe Franse woorden leren die te maken hebben met mensen en activiteiten beschrijven
Wat ga je doen?
Ga naar Naslag Chapitre 1
Phrases-clés D
Schrijf in jouw vocabulaireschrift/map 
met een vouw in het midden
links: Frans
rechts: Nederlands
de woorden/zinnen van PC D op
Klaar? Bedek de Nederlandse vertaling en kijk welke zinnen je al kent. Werk met * en potlood

Slide 1 - Diapositive

Bonjour et 
bienvenue!

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Lesdoelen/buts
Aan het eind van de les:
- Ken ik de vormen van het bijv. naamwoord
- Kan ik vertellen wat ik dit weekend heb gedaan




Slide 4 - Diapositive

Bijvoeglijk naamwoord

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Lien

Slide 7 - Lien

Geef de vrouwelijk vorm enk van het bijv nw : grand

Slide 8 - Question ouverte

Geef de mannelijke vorm mv van het bijv nw : bleu

Slide 9 - Question ouverte

Geef de vrouwelijk vorm mv van het bijv nw : bleu

Slide 10 - Question ouverte

Geef de vrouwelijk vorm van het bijv nw : rouge

Slide 11 - Question ouverte

Geef de mannelijke vorm mv van het bijv nw: gris

Slide 12 - Question ouverte

la fille est .........
A
beau
B
belle
C
beaux
D
belles

Slide 13 - Quiz

les garçons sont ......
A
beaux
B
belles
C
beau
D
belle

Slide 14 - Quiz

Les .......femmes
A
vieille
B
vieux
C
vieuxes
D
vieilles

Slide 15 - Quiz

Ma jupe est ... et ....
A
belle - nouvelle
B
bonne - vieux
C
vieille - beaue
D
nouveau - belle

Slide 16 - Quiz

Een gevaarlijk dier:
(dangereux)
A
un dangereux animal
B
un animal dangereux
C
une dangereuxe animal
D
une animal dangereuse

Slide 17 - Quiz

De goede film
(bon)
A
Le bon film
B
Le film bon

Slide 18 - Quiz

De grappige oude vrouw
A
La marrante vieille femme
B
La marrante femme vieille
C
La vieille femme marrante
D
La femme vieille marrante

Slide 19 - Quiz

De dure nieuwe jurk
A
la chère nouvelle robe
B
la nouvelle robe chère
C
la chère robe nouvelle
D
la robe chère nouvelle

Slide 20 - Quiz

Het mooi kleine meisje
A
La belle petite fille
B
La belle fille petite
C
La petite fille belle
D
La fille belle petite

Slide 21 - Quiz

Mijn groene lievelings rok
A
Ma verte préférée jupe
B
Ma préférée jupe verte
C
Ma verte jupe préférée
D
Ma jupe verte préférée

Slide 22 - Quiz

Praten over je weekend
  • Vertel over meerdere dagen
  • wanneer, waar, wat, wie, ...
  • In de p.c. voor de acties
    --> J'ai mangé 
  • In de imp hoe het was
    --> c'était bon

Slide 23 - Diapositive

Présentations
  • Les 2 suivants restent dans le cours pour se présenter….. 
  • Sujet: …..je parle de mon weekend
  • Les autres: écoutez! Et raconte se que tu as entendu. Donnez un tip et un top.

Slide 24 - Diapositive

www.verbuga.eu

Slide 25 - Diapositive

Presque la fin du cours!
1. Hoe zeg je: De les/het was leuk!
2. Hoe zeg je: ik heb mijn huiswerk gemaakt.
3. Qu'est-ce que tu as appris?
4. Qu'est-ce que tu ne comprends pas encore?

...MAINTENANT LES PRÉSENTATIONS

Slide 26 - Diapositive