Thema 5, basisstof 4

Welkom bij biologie
Wat is biologie?
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom bij biologie
Wat is biologie?

Slide 1 - Diapositive


Check in?
A
groene smiley
B
oranje smiley
C
rode smiley

Slide 2 - Quiz

Programma:
  • Terugkoppeling basisstof 1,2,3
  • Check je kennis
  • Zelfstandig werken
Lesdoelen/ lesvragen:


Basisstof
lesvraag
5.1
Ik kan uitleggen hoe een prikkel, via de zenuwen wordt verwerkt. 
In de uitleg gebruik ik de begrippen waarnemen, zenuwstelsel, prikkel en impuls. 
5.2
Ik kan uitleggen hoe het zintuig de huid werkt en wat de functies en onderdelen van dit zintuig zijn. 
5.3
Ik kan uitleggen hoe het zintuig het oor werkt en wat de functies en onderdelen van dit zintuig zijn,
5.4
Ik kan uitleggen hoe beeld door het oog wordt verwerkt. 
Wist je dat???

Elk oog ongeveer 200 wimpers heeft??

Slide 3 - Diapositive

Ik kan uitleggen hoe een prikkel, via de zenuwen wordt verwerkt
waarnemen
Je kan je omgeving zien, horen ruiken, proeven en voelen.

In je hersenen word je je bewust van prikkels. Een ander woord voor beuwst worden van prikkels is waarnemen

Zintuigen
Je zintuigen nemen je omgeving waar en sturen een signaal naar je hersenen. 

We hebben vijf zintuigen: ogen, neus, oren, tong en huid
Impuls
Als een zintuig een prikkel krijgt, gaat er een seintje naar de hersenen. Dat seintje noem je een impuls
Prikkel
Doordat je zintuigen prikkels opvangen, neem je dingen waar. 

Elk zintuig reageert op een andere prikkel":
- Ogen op licht
- Oren op geluid
- Neus op geur
- Tong op smaak
- Je huid reageert op kou, warmte, druk en aanraking
Zenuwstelsel
Het zenuwstelsel bestaat uit drie onderdelen: zenuwen, ruggenmerk en hersenen. 

Alle zintuigen zijn met zenuwen verbonden aan het ruggenmerg. Het ruggenmerk geeft de impulsen door aan de hersenen. 

Slide 4 - Diapositive

Ik kan uitleggen hoe het zintuig de huid werkt en wat de functies en onderdelen van deze zintuig zijn. 
waarnemen
Je kan je omgeving zien, horen ruiken, proeven en voelen.

In je hersenen word je je bewust van prikkels. Een ander woord voor beuwst worden van prikkels is waarnemen

Zintuigen
Je zintuigen nemen je omgeving waar en sturen een signaal naar je hersenen. 

We hebben vijf zintuigen: ogen, neus, oren, tong en huid
Hoornlaag
Dit is de buitenste laag van je huid. Deze laag bestaat uit dode huidcellen. De hoornlaag beschermt je lichaam tegen ziekteverwerkers en zorgt er ook voor dat je niet uitdroogt. 

De hoornlaag slijt aan de buitenkant steeds af. 
Kiemlaag
Deze laag bestaat uit levende cellen. In de onderste laag worden steeds nieuwe cellen gevormd. Daardoor schuiven de cellen op naar boven. De bovenste cellen gaan dood, ze horen dan bij de hoornlaag. Zo  herstelt een schaafwond weer. 
Lederhuid
In de lederhuid liggen de zintuigen om te voelen (warmte, kou, druk en tast). In de lederhuid liggen ook zweetklieren en talgklieren. 

Zweetklieren maken zweet. Daardoor koel je af. 
Talgklieren maken talg, dat is een vettige stof die je huid doepel en zacht houdt. Talg komt naar buiten door kleine openingen, deze heten porien. Bij een puistje raken porien verstopt. 
Je huid bestaat uit twee delen:
- De opperhuid en 
- De lederhuid

Je huid heeft verschillende taken:
- Beschermt je lichaam tegen beschadiging, uitdroging en ziekteverwekkers 
- Helpen regelen van de lichaamstemperatuur 
(door zweten en doorbloeding 
Bij een brandwond is je huid beschadigd door warmte, elektriciteit of een chemische stof. 

Op de plaats van een brandwond is je huid stuk. De huid geeft dan geen bescherming meer. Ziekteverwekkers kunnen gemakkelijk binnendringen. Ook verlies je vocht en warmte. 


Slide 5 - Diapositive

Ik kan uitleggen hoe het zintuig de huid werkt en wat de functies en onderdelen van deze zintuig zijn. 
waarnemen
Je kan je omgeving zien, horen ruiken, proeven en voelen.

In je hersenen word je je bewust van prikkels. Een ander woord voor beuwst worden van prikkels is waarnemen

Zintuigen
Je zintuigen nemen je omgeving waar en sturen een signaal naar je hersenen. 

We hebben vijf zintuigen: ogen, neus, oren, tong en huid
Met  je oren kun je geluid horen. 
Geluiden zijn trillingen van de lucht. 
Oorschelp:
Onderdeel van het oor dat trillingen opvangt. 
Gehoorgang:
Onderdeel van eht oor dat geluiden naar het trommelvlies geleidt. 
Hoe werkt je oor?
Geluid zijn trillingen in de lucht. 
De trillingen gaan door de gehoorgang naar het trommelvlies. Door de trilling gaat ook het trommelvlies trillen. 

Tegen het trommelvlies liggen de gehoorbeentjes. Als het trommelvlies trilt, gaan de gehoorbeentjes ook trillen. De gehoorbeentjes geven de trillingen door aan het slakkenhuis. Het slakkenhuis geeft dan impulsen af aan de gehoorzenuw. De gehoorzenuw vervoert de impulsen naar de hersenen. Je hoort dan geluid. 
De buis van Eustachius verbindt het oor met de keelholte. Door te slikken of te gapen gaat de buis van Eustachius open. Er kan dan lucht door de buis. Daardoor wordt de luchtdruk in je oor gelijk aan de druk buiten je oor. Soms merk je dan dat je oor open ‘plopt’.

Slide 6 - Diapositive

Ik kan uitleggen hoe beeld door het oog wordt verwerkt. 
waarnemen
Je kan je omgeving zien, horen ruiken, proeven en voelen.

In je hersenen word je je bewust van prikkels. Een ander woord voor beuwst worden van prikkels is waarnemen

Zintuigen
Je zintuigen nemen je omgeving waar en sturen een signaal naar je hersenen. 

We hebben vijf zintuigen: ogen, neus, oren, tong en huid
Met je ogen kun je zien.  

Slide 7 - Diapositive

Wat is de prikkel voor je oog?
A
Geluid
B
Omgeving zien
C
Licht
D
Waarnemen

Slide 8 - Quiz

Om te zien moet er licht in je oog komen. Via welke onderdelen van het oog komt het licht in je oog?
A
hoornvlies, pupil, lens, glasachtig lichaam, netvlies
B
lens, pupil, hoornvlies, netvlies, glasachtig lichaam
C
hoornvlies, netvlies, pupil, lens, glasachtig lichaam
D
netvlies, glasachtig lichaam, pupil, lens, hoornvlies

Slide 9 - Quiz


Met welk onderdeel van het oog kun je het oog alle kanten opdraaien?
A
Glasachtig lichaam
B
Vaatvlies
C
Pupil
D
Oogspier

Slide 10 - Quiz

Basisstof
Opdrachten
5.1
4-5-6
5.2
1-2-3-4-5-7-8-9
5.3
1 t/m 6
5.4
1 t/m 8
Klaar:
Maak een mindmap van dit thema
Oefen met flitskaartjes/ test jezelf
Oefen extra bij biologiepagina.nl

Slide 11 - Diapositive