2HV Blok 3 Grammatica voorzetselvoorwerp 3 oefenen

3
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

3

Slide 1 - Diapositive

Les en doelen
Deze les gaan we oefenen met zinsontleding met de onderdelen voorzetselvoorwerp en bijwoordelijke bepaling.

Wat is het verschil en wanneer is het wat?

Slide 2 - Diapositive

Wat is het verschil tussen een voorzetselvoorwerp en bijwoordelijke bepaling?

Slide 3 - Carte mentale

Voorzetselvoorwerp

Begint met een voorzetsel dat een vaste combinatie is met het belangrijkste werkwoord in de zin.
Bijwoordelijke bepaling

Plaats of tijd
Het voorzetsel is makkelijk te vervangen door een ander voorzetsel.

Slide 4 - Diapositive

Oefenen
Benoem bij de volgende zinnen het voorzetselvoorwerp als het in de zin staan.
Geen vzv? Vul dan 'geen' in.

Slide 5 - Diapositive

In de Romeinse tijd moest het publiek over het lot van de verslagen gladiator beslissen.

Slide 6 - Question ouverte

In de Romeinse tijd | moest | 
het publiek | over het lot van de verslagen gladiator | beslissen.

Slide 7 - Diapositive

De winkels zullen tijdens de koopavond in februari tot half 10 geopend zijn.

Slide 8 - Question ouverte

De winkels | zullen | tijdens de koopavond in februari | tot half 10 | geopend zijn.

Slide 9 - Diapositive

De feestelijke huldiging liep uit op een vechtpartij tussen supporters en politie.

Slide 10 - Question ouverte

De feestelijke huldiging | liep uit | 
op een vechtpartij tussen supporters en politie.

Slide 11 - Diapositive

Wegens een opkomende hoestbui moest de spreker zijn toespraak onderbreken.

Slide 12 - Question ouverte

Wegens een opkomende hoestbui | moest | de spreker | zijn toespraak | onderbreken.

Slide 13 - Diapositive

De politie waarschuwt bezoekers van Amsterdam door middel van aanplakbiljetten voor zakkenrollers.

Slide 14 - Question ouverte

De politie | waarschuwt | bezoekers | door middel van aanplakbiljetten | voor zakkenrollers.

Slide 15 - Diapositive

Huiswerk

Grammatica

Maken opdracht
7, 8 en 9 in eDition

Slide 16 - Diapositive