Weer en klimaat, Het klimaat in Nederland

 Weer en klimaat
Het klimaat in Nederland
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

 Weer en klimaat
Het klimaat in Nederland

Slide 1 - Diapositive

Welkom
Lesplanning
- Terugblik op de vorige les
- Leerdoelen
- Uitleg theorie
- Zelfstandig werken
- Leerdoelen check
- Huiswerk en afsluiten

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Benoem de vier
weerelementen

Slide 4 - Carte mentale

Opdracht 1: Het weerbericht

Slide 5 - Diapositive

Kijk naar buiten.
Omschrijf het weer van vandaag met behulp van de vier weerelementen

Slide 6 - Question ouverte

LEERDOELEN
• Je kan in eigen woorden uitleggen wat het verschil is tussen weer en klimaat.
• Je beschrijft mondeling en schriftelijk het Nederlandse klimaat aan de hand van de verschillende klimaatfactoren.
• Je leest de verschillende bronnen behorende bij deze paragraaf en maakt hier in eigen woorden een samenvatting van.
• Je stelt een begrippenlijst samen waarin je in eigen woorden een omschrijving (definitie) geeft van de dikgedrukte begrippen uit deze les.

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

0

Slide 9 - Vidéo

Opdracht 2: Kijkvragen
Beantwoord de kijkvragen in
opdracht 2 van je werkblad

Slide 10 - Diapositive

Weer versus klimaat op vakantie
Het klimaat is in Spanje anders 
dan in Nederland.

Stelling:
'Als ik in de zomer op vakantie ga naar 
Spanje dan weet ik zeker dat ik mooi weer heb'

Juist of Onjuist? Leg uit


Slide 11 - Diapositive

Stelling:
'Als ik in de zomer op vakantie ga naar
Spanje dan weet ik zeker dat ik mooi weer heb'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quiz

Opdracht 3a: klimaatfactoren
Samen bespreken we opdracht 2 van het werkblad. Daarna ga je eerst individueel en in stilte aan de slag.

Vragen?

Slide 13 - Diapositive

UITLEG KLIMAATFACTOREN
  • Breedteligging: Hoe verder verder van de evenaar hoe kouder.
  • Hoogteligging: hoe hoger hoe kouder.
  • Ligging ten opzichte van de zee: hoe verder van zee, hoe warmer in de zomer en hoe kouder in de winter.
  • Wind- en zeestromen: Aanvoer van koude en warmte van elders. 
  • Ligging van gebergte: Wel of geen beschutte ligging.

Slide 14 - Diapositive

FACTOR: BREEDTELIGGING
NL
Nederland ligt in de gematigde zone.
Afrika
Het continent Afrika ligt in de luchtstreken: de tropen (warme lucht) en gematigde zone.
Zuidpool
De zuidpool ligt in de poolstreken. Dit is een hele koude luchtstreek.
Zon
Op de evenaar vallen zonnestralen loodrecht op het aardoppervlak. Bij de polen vallen de zonnestralen schuin op het aardoppervlak. Schuine zonnestralen geven minder warmte dan loodrechte.

Slide 15 - Diapositive

EXTRA TOELICHTING FACTOR BREEDTELIGGING

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Opdracht 2b: Individueel

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Opdracht 
Huiswerk
Maak de volgende opdrachten:
- Maak de begrippenlijst verder af
- Maak een samenvatting van de theorie uit de learning portal

Slide 22 - Diapositive