Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.
Éléments de cette leçon
Carnaval - de Quiz
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
de geschiedenis
Carnaval / vastelaovend is een volksfeest dat in februari of maart plaatsvindt. De precieze datum hangt af van Pasen; het carnaval is altijd zeven weken daarvoor. Het is de bedoeling dat je nog even 'uit je dak gaat' en gek doet voordat de vastentijd begint. De vastentijd is een tijd van matiging, eenvoud en bezinning.
Slide 3 - Diapositive
de geschiedenis
Car
Het carnaval duurt officieel van zondag tot en met dinsdag. Maar in veel steden is er op zaterdag al een carnavalsoptocht.
De dinsdag heet vette dinsdag (dan mocht je nog even lekker veel en vet eten voordat het vasten begon) en de woensdag na het carnaval heet Aswoensdag. Vroeger ging iedereen dan naar de kerk om een askruisje te gaan halen. De priester zette dan een askruisje op je voorhoofd. Die as kwam van de verbranding van de overgebleven buxus-takjes die het jaar ervoor met Palmzondag in de kerk waren uitgedeeld aan de kerkgangers.
Slide 4 - Diapositive
De naam
Voor de naam 'Carnaval' zijn een aantal verklaringen. Het meest waarschijnlijk is dat de naam komt van woord 'Carnevale', wat in het Latijn 'vaarwel vlees' betekent. Dus afscheid nemen van het vlees. Tijdens de vastentijd at men geen vlees. Nou was dat voor heel veel mensen in de Middeleeuwen, maar ook daarna niet zo'n heel groot punt. De mensen waren vaak veel te arm om vlees te kunnen eten.
2. Maar het woord zou ook kunnen komen van een ander Latijns woord, nl. 'Carrus Navalis'. Letterlijk betekent dit woord scheepswagen. Een schip op wielen. Het was een narrenschip. In het schip zaten narren of zotten. Grappenmakers die de mensen belachelijk maakten. Maar ook de oude Grieken reden hun wijngod Dionysos op een schip met wielen rond.
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Vidéo
In welke gemeente staat dit beeld?
A
Heerlen
B
Maastricht
C
Kerkrade
D
Landgraaf
Slide 7 - Quiz
In welke stad is de ezel een symbool voor de carnavalsvereniging?
A
Heerlen
B
Maastricht
C
Kerkrade
D
Landgraaf
Slide 8 - Quiz
Uit hoeveel personen bestaat de Snollebollekes?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 9 - Quiz
Wat betekent het woord carnaval?
A
Vaarwel feest
B
Vaarwel bier
C
Vaarwel vlees
D
Vaarwel
Slide 10 - Quiz
In welke gemeente is de grote optocht op zondag?
A
Hegelsom
B
Melderslo
C
Kronenberg
D
Horst
Slide 11 - Quiz
Hoe noem je de woensdag na carnaval
A
Kruisjeswoensdag
B
Haringhapwoensdag
C
Aswoensdag
D
Waswoensdag
Slide 12 - Quiz
Welke periode komt na carnaval?
A
Uitkateren
B
Bidden
C
Vasten
D
Naar de kerk gaan
Slide 13 - Quiz
Hoe lang duurt de vastenperiode?
A
30 dagen
B
40 dagen
C
45 dagen
D
60 dagen
Slide 14 - Quiz
Met welk feest wordt de vastenperiode afgesloten?
A
Pasen
B
Hemelvaart
C
Pinksteren
D
Kerst
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Diapositive
Carnaval
In Limburg en Noord-Brabant wordt volop carnaval gevierd, terwijl dat nauwelijks gevierd wordt 'boven de rivieren'.
Slide 17 - Diapositive
Waar staat de afkroting LVK voor?
A
Limburgse Vastelaovend Klanken
B
Limburgse Vastelaovend Koncert
C
Limbo Vastelaovend Koncert
D
Limburgse Vasteloavesleedjes Konkoer
Slide 18 - Quiz
Carnaval, ken jij de artiesten?
Slide 19 - Diapositive
Wie zijn de winnaars van 2024 van het LVK?
A
spik en span
B
heite soep
C
bjorn en mieke
D
beppie kraft
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Diapositive
Welke zangers uit Horst stonden in de halve finale in 2024?