leertaak 2.2

• Leertaak
• MBO
• Studiejaar 1

leertaak 1.2

Leertaak 1.4

leertaak 2.2

Bewegingsvormen:

= De activiteiten die de sport en bewegingsleider de deelnemers laat uitvoeren om de geplande doelstelling(en) te bereiken

geef een ander woord voor
BEWEGINGSVORMEN??

Plaats in het didactische model:

 

* Na beginsituatie en doelstelling

* Valt binnen les en training

* Evaluatie is belangrijk

Functies van bewegingsvormen:

1) Bewegingsvormen gericht op ontspanning en recreatie

vb. meer bewegen voor ouderen, kleuter dans

2) Bewegingsvormen gericht op maatschappelijke activering

Vb. vanuit de gemeente dansprojecten, sportdagen, koningsdag

3) Bewegingsvormen gericht op ontwikkeling sporttechniek en sporttactiek

Vb. danslessen bij dansscholen, verenigingen, enz.

4) Bewegingsvormen gericht op stimuleren van bewegingsvaardigheden

vb. gehandicaptengym

5) bewegingsvormen gericht op bevorderen gezondheid, gezonde leefstijl 

vb. groepslessen 

Bewegingsvormen kiezen: 

De bewegingsvormen moeten te maken hebben met de beginsituatie en de gekozen doelstelling!

Eisen vanuit het didactische model:

 - Aansluiten bij beginsituatie

 - bijdragen aan het behalen doelstelling

 - Gebaseerd op de evaluatie van de vorige les

Eisen waaraan bewegingsvormen moeten voldoen:

- veilig

- betekenisvol

- voldoende belevingswaarde en afwisseling

- optimale intensiteit

- differentiatie

- methodische goede opbouw

Didactische werkvormen:

Didactisch = het lesgeven

Werkvormen = vormen die ik als lesgever kies om de groep iets te leren.

Vb. follow the leader

Voorbeelden didactische werkvormen:

Instructievorm

Vraagvorm

Coachvorm

Vrij werken

Follow the leader

Opdrachtvorm

Demonstructie

Demonstreren

Danselementen

Tijd 

Ruimte

Kracht

Lichaam