Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
5.5 Woorden
Vraag van de dag
: waar kijk je het meest tegenop in de toetsweek?
1 / 21
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Cette leçon contient
21 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Vraag van de dag
: waar kijk je het meest tegenop in de toetsweek?
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Vidéo
Verschil spreekwoorden en uitdrukkingen
Een
spreekwoord
is een vaste zin met een wijsheid of tip.
Bijvoorbeeld: Je moet een gegeven paard niet in de bek kijken.
Een
uitdrukking
is een woord of groepje woorden met een aparte betekenis die je in zinnen kunt gebruiken.
Bijvoorbeeld: vlinders in je buik hebben.
Slide 5 - Diapositive
Spreekwoorden
Spreekwoord
Een spreekwoord is
onveranderlijk
.
Je gebruikt dus altijd
dezelfde woorden in dezelfde volgorde
.
Een spreekwoord is bovendien altijd een
mededeling
, geen vraag.
Het werkwoord (de persoonsvorm) staat in de
tegenwoordige tijd
(als er een persoonsvorm aanwezig is).
Slide 6 - Diapositive
Uitdrukking
Het is een overkoepelend begrip voor alle
vaste verbindingen met een figuurlijke betekenis
.
Je kan een uitdrukking
veranderen van woordvolgorde.
Voorbeeld:
'Er als de kippen bij zijn', kun je veranderen in; 'Zij zijn er altijd als de kippen bij als het gratis is'.
Slide 7 - Diapositive
Welk spreekwoord zie je hier?
Slide 8 - Diapositive
Welk spreekwoord zie je hier?
Slide 9 - Diapositive
Heel veel spreekwoorden.....
Bekijk de afbeelding, welke spreekwoorden herken je?
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Welke spreekwoorden heb je gezien?
Slide 12 - Question ouverte
De puntjes op de i zetten
A
meer dan genoeg doen
B
iets heel precies in orde maken
C
zorgen dat alles op de goede manier doorgaat
D
zonder goede reden doen
Slide 13 - Quiz
een stap in de goede richting zetten
A
een beetje dichter bij het doel komen
B
iets terugvinden
C
het is spannend
D
met het doel dat er geld wordt verdiend
Slide 14 - Quiz
Je maakt van een mug een olifant
A
uitdrukking
B
spreekwoord
Slide 15 - Quiz
Als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel.
A
uitdrukking
B
spreekwoord
Slide 16 - Quiz
Wie A zegt, moet ook B zeggen
A
uitdrukking
B
spreekwoord
Slide 17 - Quiz
Niet geschoten is altijd mis
A
uitdrukking
B
spreekwoord
Slide 18 - Quiz
Lachen als een boer met kiespijn
A
uitdrukking
B
spreekwoord
Slide 19 - Quiz
Zelfstandig werken
Wat
: maak opdracht 5, 7, 9 en 11 van paragraaf 5.5 op bladzijde 131-135
Hoe
: je mag fluisterend overleggen.
Hulp
: woordenlijst uit je boek
Tijd
: tot de laatste 5 minuten van deze les
Klaar
: leren voor de toetsweek (5.3 en 5.5)
Slide 20 - Diapositive
Vertel in je eigen woorden wat het verschil is tussen een uitdrukking en een spreekwoord
Slide 21 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Spreekwoorden/ Uitdrukkingen/tegeltjes
Mai 2022
- Leçon avec
32 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo, havo
Leerjaar 2
spreekwoorden en uitdrukkingen
Mai 2024
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Spreekwoorden/ Uitdrukkingen
Avril 2022
- Leçon avec
49 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo, havo
Leerjaar 2
Spreekwoorden/ Uitdrukkingen
Février 2023
- Leçon avec
49 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo, havo
Leerjaar 2
spreekwoorden en uitdrukkingen
Avril 2023
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Spreekwoorden, uitdrukkingen en gezegdes
Mars 2022
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo, havo
Leerjaar 2
spreekwoorden en uitdrukkingen
Mars 2024
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Spreekwoorden, uitdrukkingen en gezegdes
Mars 2023
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo, havo
Leerjaar 2