Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Tijd in verhalen
Slide 1 - Diapositive
Lezen
timer
25:00
Slide 2 - Diapositive
Wat is verteltijd?
Slide 3 - Question ouverte
Wat is historische tijd?
Slide 4 - Question ouverte
Wat is een cyclische opbouw?
Slide 5 - Question ouverte
Versnelling: verteltijd is korter dan de vertelde tijd.
'Roodkapje wandelde uren door het bos'.
Vertraging: verteltijd is langer dan de vertelde tijd (slowmotion).
Slide 6 - Diapositive
Doornroosje viel in een diepe slaap. Zo gingen er honderd jaar voorbij. Tot een prins op een dag bij het kasteel aankwam.
A
versnelling
B
vertraging
Slide 7 - Quiz
De deurbel, twee keer, kort na elkaar: eerst kort en aarzelend, dan lang en nadrukkelijk. Het eerst belletje klonk alsof een vinger geen houvast op de knop had kunnen vinden.
A
versnelling
B
vertraging
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Vidéo
Waarom past een schrijver tijdsvertraging toe?
Slide 10 - Question ouverte
Flashback: terugblik. Een personage kijkt in het verleden.
Flashforward: een tip over wat er later in het verhaal gebeurt.
Slide 11 - Diapositive
Wat is een flashback?
Slide 12 - Diapositive
Wat ga je doen?
Zoek in Bickers naar een tijdsvertraging/tijdsversnelling.
Zoek ook een flashback/flash forward.
typ de momenten over en schrijf erbij waarom de schrijver op dit punt in het boek deze spelingen met tijd toepast.