Van cel tot organisme

Opdracht van cel tot organisme
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Opdracht van cel tot organisme

Slide 1 - Diapositive

Doelen
Je kunt organen benoemen in een torso en in een dwarsdoorsnede van de romp.
Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen en dieren.
Je weet dat een organisme bestaat uit cellen.
Je kunt de delen van dierlijke cellen benoemen met hun kenmerken en functies.
Je kunt de kenmerken van chromosomen noemen.
Je kunt de bouw en functie van DNA beschrijven.
Je kunt beschrijven hoe een cel zich deelt.
Je kunt de kenmerken van stamcellen noemen.

Je kunt weefsels van mensen en planten noemen met hun functie.
Je kunt de delen van plantaardige cellen benoemen met hun kenmerken en functies.
Je kunt de bouw en functie van wortels, stengels en bladeren beschrijven.
Je kunt orgaanstelsels van planten noemen met hun functie.


Slide 2 - Diapositive

Wat weet je straks?
Je weet straks hoe een organisme is opgebouwd; van de kleinste cellen tot het uiteindelijke organisme.

Slide 3 - Diapositive

5

Slide 4 - Vidéo

00:35
organen

Slide 5 - Carte mentale

01:38
wat heb je nodig op cellen te kunnen zien?
A
Een telescoop
B
Een microscoop
C
Een vergrootglas

Slide 6 - Quiz

02:53
Het hart is een orgaan. Welke 2 weefsels worden genoemd?

Slide 7 - Question ouverte

03:03
Noteer zoveel mogelijk organen

Slide 8 - Question ouverte

04:21
Noteer zoveel mogelijk orgaanstelsels

Slide 9 - Question ouverte

Van cel tot organisme
  • In duo's
  • Zelfgekozen orgaan van een plant en van een dier
  • Check je werk met de rubric
  • Eindproduct Poster & Presentatie

Slide 10 - Diapositive

Rubric
aanpassen
onderdeel
dit gaat goed
1. cellen
2. weefsels
3. orgaan
4. orgaanstelsel
5. organisme

Slide 11 - Diapositive