NT2:klankgroepen maken in een woord

klankgroepen
spelling lang woord met korte/lange klank
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

klankgroepen
spelling lang woord met korte/lange klank

Slide 1 - Diapositive

doel:
oefenen met verdelen van een woord in klankgroepen
herhaling spelling lang/korte klank in lange woorden

Slide 2 - Diapositive

om de korte en lang klank in een woord goed te spellen, moet je het woord in klankgroepen verdelen

klankgroep = lettergreep
(syllable)

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

hak in klankgroepen: beleven

Slide 5 - Question ouverte

hak in klankgroepen: hebbeding

Slide 6 - Question ouverte

hak in klankgroepen: maanden

Slide 7 - Question ouverte

hak in klankgroepen: manen

Slide 8 - Question ouverte

hak in klankgroepen; mannen

Slide 9 - Question ouverte

be- le-ven: welke klank hoor je aan het eindelan de 1e,2e,3e klankgroep? antwoord kort of lang

Slide 10 - Question ouverte

als je een woord in klankgroepen hebt verdeeld, moet je nadenken; hoor ik een korte klank, een lange klank of een lange klank met een medeklinker?

Slide 11 - Diapositive

be - le- ven
1e = kort, maar stomme -e
2e = lang, maar open dus 1 klinker
3e = kort

Slide 12 - Diapositive

he- bbe-ding; welke klank hoor je aan het einde van de klankgroepen 1, 2, 3?

Slide 13 - Question ouverte

he -bbe-ding
1=kort en daarom verdubbeling medeklinker
2 = stomme -e
3 = medeklinkers -ng

Slide 14 - Diapositive

maan-den; schrijf op welke klank je hoort aan het einde van 1e klankgroep

Slide 15 - Question ouverte

maan-den
je hoort de lange klank aa met daarachter een medeklinker n.
Daarom ; geen open lange klank (door de N), dus de twee klinkers blijven staan

Slide 16 - Diapositive


ma-nen; welke klank hoor je aan het einde van de eerste klankgroep?

Slide 17 - Question ouverte

ma-nen
je hoort aan het einde van de eerste klankgroep een lange klank; AAAAA
maar omdat het een open klank is, schrijf je maar een A

Slide 18 - Diapositive

ma-nnen; schrijf op welke klank je aan het einde van klankgroep 1 hoort

Slide 19 - Question ouverte

ma-nnen
Aan het einde van de eerste klankgroep hoor je een kort klank; -a
als er maar 1 medeklinker zou staan, dan zou je mAAAnen zeggen. Daarom een verdubbeling van de medeklinker

Slide 20 - Diapositive

dus:
hoor je een lange klank aan het einde van een klankgroep dan schrijf je 1 klinker: MANEN 
hoor je een korte klank aan het einde van een klankgroep dan schrijf je twee medeklinkers: MANNEN
hoor je een lange klank, maar aan het einde een medeklinker, dan blijven de twee klinkers staan: MAANDEN

Slide 21 - Diapositive

twee regeltjes:
lange klanken hebben pech, ik haal gewoon een klinker weg:
Maan - manen

korte klank, twee op de bank
Man - mannen

Slide 22 - Diapositive