Lezing Industriële revolutie

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Industriële (r)evolutie

Missie/presentatie: Wat ga je doen?

Missie en presentatie over het klimaat: streefdatum dinsdag 28 januari.

Niveau rood (Niveau wit heeft 3 dia's meer!)

1. Zoek een afbeelding van de geologische tijdschaal om te gebruiken in je presentatie.

2. Geef aan in welk (geologisch) tijdvak fossiele grondstoffen zijn ontstaan. 

3. Vertel hoe Nederland eruit ziet, waar de hoge en de lage delen liggen. Leg uit hoe het komt dat we nu op de 'lage' delen van Nederland kunnen wonen. Gebruik de kaart van Nederland, verwerk het kaartje in de presentatie.  

4. Geef op het kaartje ook aan in welke klimaatzone Nederland ligt en wat de kenmerken zijn van ons klimaat. 

5. Geef aan welke fossiele grondstoffen als brandstoffen kunnen worden gebruikt. 

6. Vertel wanneer mensen begonnen met het boren en graven naar die fossiele grondstoffen en waarom. 

7. Laat zien welke effecten boren en graven naar de grondstoffen hebben op het landschap en op de mensen.  

a. Hoe haal je steenkool, olie en gas uit de aarde?

b. Beschrijf de machines en de soort arbeid die nodig zijn per grondstof. Maak gebruik van afbeeldingen.

8. Laat zien op de kaart van Nederland waar steenkool, olie en gas gewonnen werd/wordt. Gebruik opnieuw de kaart van Nederland. 

9. Leg ook uit welke nieuwe energiebronnen er zijn en welk effect die op het landschap hebben. 

Gebruik korte beschrijvingen en afbeeldingen in je presentatie. Zoek daarnaast ten minste één video van ongeveer 3 minuten over een nieuwe energiebron. (Gebruik YouTube en gebruik geen video's die al in de leertaken zijn voorgekomen.)

Geschiedenis van de aarde

Criteria voor niveau rood:

Je beschrijft de geschiedenis van de aarde.

Je beschrijft hoe en wanneer steenkool, olie en gas zijn ontstaan. 

Je beschrijft waar je steenkool, olie en gas in Nederland kan winnen. 

Tijdvakken AK

Onstaan fossiele brandstoffen in het 

tijdperk carboon. 

Filmpje oerknal

Ontstaan steenkool, aardolie en aardgas

Steenkool  

(dode plantenresten)

Aardgas 

Aardolie

(dode zeediertjes)

Nodig voor het ontstaan:

* veel tijd

* hoge druk

Hoe lang geleden is de aarde ontstaan?

1. 4,6 miljoen jaar geleden
2. 3,8 miljard jaar geleden
3. 4,6 miljard jaar geleden
4. 3,8 miljoen jaar geleden

De steenkool in Nederland ontstond meer dan 300 miljoen jaar geleden toen Nederland in de buurt van de evenaar lag (zie afbeelding).

1. Juist
2. Onjuist

In welk tijdvak is steenkool ontstaan?

1. Jura
2. Carboon
3. Perm
4. Krijt

Welke fossiele brandstof is ontstaan uit dode plantenresten?

1. Steenkool
2. Aardolie
3. Plankton
4. Windenergie

Bij het ontstaan van aardolie ontstond er vaak ook een andere fossiele brandstof. Welke?

1. Veen
2. Steenkool
3. Aardgas
4. Plankton

Het landschap en de mens

Criteria voor niveau rood:

Je legt uit dat het klimaat bepalend is voor een landschap.

Je noemt voorbeelden van landschappen in verschillende landschapszones.

Je beschrijft of je op en hoog of op een laag stuk van Nederland woont.

Je beschrijft hoe het landschap er in jouw omgeving uitziet. 

Je beschrijft hoe steenkool, olie en gas uit de aarde werd en wordt gehaald.

Je beschrijft dat het landschap door de winning van steenkool, olie en gas op bepaalde plekken verandert. 

Je beschrijft welke invloed de nieuwe energiebronnen en bouwwerken hebben op ons landschap.

Landschapzones en landschappen in de wereld

Klimaatsysteem van Köppen

Overzicht van het klimaatsysteem van Köppen

Landschappen in Nederland

Hoog en laag Nederland

Boren, graven en het landschap

en de gevolgen....

Zag de aarde er meteen uit zoals nu?

1. Ja
2. Nee

Het B-klimaat zijn de...

1. Tropische klimaten
2. Landklimaten
3. Droge klimaten
4. Zeeklimaten

Het D klimaat zijn de

1. Tropische klimaten
2. Landklimaten
3. Droge klimaten
4. Zeeklimaten

Welk klimaat kennen we in Nederland?

1. Tropisch klimaat
2. Poolklimaat
3. Zeeklimaat
4. Landklimaat

Wat is de overeenkomst tussen een woestijnklimaat en een poolklimaat?

1. Beide klimaten komen alleen op het noordelijk halfrond voor.
2. Beide klimaten komen alleen op het zuidelijk halfrond voor.
3. In beide klimaten leven geen dieren.
4. In beide klimaten groeien bijna of geen planten.

Soorten energiebronnen

1. Fossiele energiebronnen
2. Kernenergie
3. Duurzame energiebronnen

Duurzaam betekent: Het raakt niet op en is niet schadelijk voor het milieu.

1. juist
2. onjuist

Wat is een duurzame energiebron?

1. Steenkool
2. Zonnepanelen
3. Kernenergie
4. Aardolie

Welke is geen fossiele brandstof?

1. Aardolie
2. Aardgas
3. Kernenergie
4. Steenkool

Ben je voor of tegen kernenergie?

1. Voor
2. Tegen

Missie/presentatie: Wat ga je doen?

Missie en presentatie over het klimaat: streefdatum dinsdag 28 januari.

Niveau rood (Niveau wit heeft 3 dia's meer!)

1. Zoek een afbeelding van de geologische tijdschaal om te gebruiken in je presentatie.

2. Geef aan in welk (geologisch) tijdvak fossiele grondstoffen zijn ontstaan. 

3. Vertel hoe Nederland eruit ziet, waar de hoge en de lage delen liggen. Leg uit hoe het komt dat we nu op de 'lage' delen van Nederland kunnen wonen. Gebruik de kaart van Nederland, verwerk het kaartje in de presentatie.  

4. Geef op het kaartje ook aan in welke klimaatzone Nederland ligt en wat de kenmerken zijn van ons klimaat. 

5. Geef aan welke fossiele grondstoffen als brandstoffen kunnen worden gebruikt. 

6. Vertel wanneer mensen begonnen met het boren en graven naar die fossiele grondstoffen en waarom. 

7. Laat zien welke effecten boren en graven naar de grondstoffen hebben op het landschap en op de mensen.  

a. Hoe haal je steenkool, olie en gas uit de aarde?

b. Beschrijf de machines en de soort arbeid die nodig zijn per grondstof. Maak gebruik van afbeeldingen.

8. Laat zien op de kaart van Nederland waar steenkool, olie en gas gewonnen werd/wordt. Gebruik opnieuw de kaart van Nederland. 

9. Leg ook uit welke nieuwe energiebronnen er zijn en welk effect die op het landschap hebben. 

Gebruik korte beschrijvingen en afbeeldingen in je presentatie. Zoek daarnaast ten minste één video van ongeveer 3 minuten over een nieuwe energiebron. (Gebruik YouTube en gebruik geen video's die al in de leertaken zijn voorgekomen.)