Coachuur

• Coachuur
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Coachuur

1.  Frisse start: 

 Brief schrijven (aan jezelf)

2. Stellingen 

In groepje van 5. Vertel 2 waarheiden 1 leugen over jezelf. Wat is waar en wat een leugen? Wie heeft het goed? 

Online: Doe eens lief?!

Groeps-gesprek

• Waar ligt de grens tussen een geintje en iemand kwetsen?
  
• Welk gevolg hebben gesprekken/opmerkingen/plaatjes die online gedeeld worden op de sfeer en veiligheid in de klas?
  

In groepjes van 4:

Discussie vragen:

• Vraag 1: Online interactie; Wat kan wel ? Wat kan niet ?
• Vraag 2: Wat zeg je tegen iemand die een grens over gaat?

Opdracht: DOEN!

•  Maak een lijst met regels over hoe je zou willen dat iedereen in de klas met elkaar zou omgaan in de online omgeving. Hoe maken we het sociaal veilig op de online plek waar docenten en ouders niks van zien of horen?

Noteer: Welke online gedragsregels helpen bij een fijne sfeer in de groep?

Afspraken

We gaan online respectvol met elkaar om:

1. Er worden GEEN afbeeldingen van personen gedeeld. NOOIT NIET!
2. Voor je iets zegt of doet bedenk je hoe dit op de persoon overkomt. 
3. Als iemand een grens aangeeft, je vraagt te stoppen, dan geef je daar gehoor aan. 
4. Als emoties oplopen. Stop met typen. Maak een fysieke afspraak en praat met elkaar.

Navolging

1. Jullie zijn samen verantwoordelijk voor goede online sfeer als klas. (Voed elkaar een beetje op)
2. Overtreed iemand de afspraken. Spreek elkaar erop aan. Wordt daar niet goed op gereageerd: Meld het bij de mentor. Je bent geen klikspaan. 
3. Asociale uitlatingen: grof taalgebruik of lelijk gedrag, pesten, ongevraagd afbeeldingen versturen van iemand uit de klas zijn niet toelaatbaar.  Leerlingen die dit doen worden door de mentor opgeroepen en krijgen via de conrector een straf opgelegd. 

Persoonlijk voorwerp

Neem iets mee (niet te groot) waarbij jij een mooi verhaal over jezelf kunt vertellen. 

Verklap het nog niet iemand uit de klas. 

Want iedereen laat Donderdag  éérst zijn item zien. Dan gaan we raden wat dit met jou te maken heeft. 

Vervolgens vertel jij  waar jouw voorwerp voor staat. 

Stelling over jou: Als jij iemand in de klas ziet die je nog niet kent dan...

1. weet je meteen of je hem of haar wel of niet leuk vindt.
2. wacht je af en doe je niks.
3. stel je eens een vraag aan die persoon.
4. ben je meteen mega nieuwsgierig.

Wat maakt het gezellig in de klas?

1. Duidelijke regels.
2. Aandacht voor de les en elkaar.
3. Als je naast je beste maatje kunt zitten.
4. Als iemand heel grappig doet.

Wanneer voel jij je goed in de groep?

1. Als het niet te druk is.
2. Als je veel mag zeggen.
3. Als mensen je mogen.
4. Als je goed kunt werken.

Wat doe jij het liefst in gezelschap?

1. luisteren
2. lachen
3. van jezelf laten horen
4. samen werken

Welk gedrag zorgt voor
een top-sfeer in de groep?

Handen

1. Leg je eigen hand op een papier en omtrek je hand met een pen!
   
2. Vul bij elke vinger het volgende in:  (zie plaatje)
3. Doe alle papieren handen in een bak!
   
4. De coach laat iemand een papieren hand pakken en oplezen wat erop staat.
   
5. Steek je vinger op als je weet van wie de hand is!
   

Fijne dag