Hoofdstuk 2 Schoonmaak en onderhoud

Hoofdstuk 2
Schoonmaak en onderhoud


Deel 1

1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 38 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 2
Schoonmaak en onderhoud


Deel 1

Slide 1 - Diapositive

Doelstellingen van de vorige lessen:
Aan het einde van dit hoofdstuk weet je meer over:
  • wat het profiel mens en omgeving inhoudt;
  • het werkveld zorg en welzijn;
  • de doelgroep waar je voor werkt.

Slide 2 - Diapositive

Doelstellingen

Aan het einde van deze les weet je meer over:
• hoe je moet schoonmaken;
• hoe vaak je moet schoonmaken;
• wat vuil is;
• hoe je kunt plannen;


Slide 3 - Diapositive

Lees de inleiding (blz. 41)

Slide 4 - Diapositive

Thuis schoonmaken:
  • Wie doen dit?
  •  Valt dit onder professioneel schoonmaken?
  • Welke schoonmaakmiddelen worden gebruikt?
  • Hoe vaak wordt er schoongemaakt?
  • Waarom wordt er schoongemaakt?
  • Maak jij je eigen kamer schoon?



Is deze kamer vies en/of rommelig?

Slide 5 - Diapositive

Professioneel schoonmaken


  • Professioneel schoonmaken kun je niet vergelijken met schoonmaken thuis.
  • We maken thuis schoon omdat je in een rommelig huis niet tot rust komt en het is fijn als alles schoon en opgeruimd is.
  • Door ziekmakende stoffen te verwijderen, zorg je voor een goede hygiëne.

Van schoonmaakpersoneel in ziekenhuizen wordt er verwacht dat je de nieuwste poetstechnieken en de meest recente schoonmaakmethodes perfect toegepast. Hygiëne is hier vaak een kwestie van leven of dood.

Zo zijn er verschillende schoonmaakprogramma’s voor verpleegafdelingen, operatiekamers, steriele ruimten, materialen en werkmethoden worden steeds gekeurd voor het gebruik. 

Slide 6 - Diapositive

Schoonmaakplan

Als je een goed plan maakt ga je vanzelf efficiënt werken.

Wanneer je bij een cliënt gaat schoonmaken, dan bespreek je met de cliënt de volgorde en wensen:
  • Voor wie je gaat schoonmaken.
  • Wat je gaat schoonmaken.
  • Wanneer je gaat schoonmaken.
  • Hoe je gaat schoonmaken.
  • Wie er gaat schoonmaken.
  • Waar je gaat schoonmaken.







  • Dagelijkse werkzaamheden: Werk dat elke dag gedaan moet worden
  • Wekelijkse werkzaamheden: Werk dat 1x per week gedaan wordt
  • Periodieke werkzaamheden: Werk dat 1x per ongeveer 6 weken gedaan wordt.

Slide 7 - Diapositive

Technologie maakt meer tijd vrij voor medewerkers om andere taken te doen.

Slide 8 - Diapositive

Werkvolgorde
Vaste werkvolgorde:
  • Werk van schoon naar vuil.
  • Werk van hoog naar laag.
  • Werk van droog naar nat.

Slide 9 - Diapositive

Reinigingsniveau
Ruw schoon
  • Grote stukken afval verwijderen. 
  • Basisvegen en stofzuigen om het eerste vuil te verwijderen. 
  • Snelle schoonmaken van ruimtes 

Huishoudelijk schoon
  • Stof afnemen van tafels, planken en vensterbanken. 
  • Grondig stofzuigen of vegen van vloeren. 
  • Moppen van vloeren. 

Smetvrij
  • Afstoffen van alle oppervlakten.  
  • Grondige reiniging van keukenapparatuur en sanitair. 
  • Ramen wassen en spiegels reinigen. 
  • Desinfecteren van oppervlakten om ziektekiemen dood te maken



Slide 10 - Diapositive

Soorten vuil

  • Droog vuil: zand, hondenharen.
  • Aangekleefd vuil: modder, limonade, koffievlekken.
  • Onzichtbaar vuil: bacteriën en schimmels in het toilet, douche en keuken.



Slide 11 - Diapositive

Soorten vuil

Schoonmaakmethoden kunnen worden onderverdeeld in droog schoonmaken, klam vochtig schoonmaken en desinfecteren.

Slide 12 - Diapositive

Aan de slag
Lezen + maken blz. 41 t/m 68 (opdracht 2.01 t/m 2.20)
Klaar? Ga verder met de praktijkopdracht op blz. 245

Slide 13 - Diapositive

Hoofdstuk 2
Schoonmaak en onderhoud


Deel 2

Slide 14 - Diapositive

Doelstellingen van de vorige lessen:
Aan het einde van deze les weet je meer over:
• hoe je moet schoonmaken;
• hoe vaak je moet schoonmaken;
• wat vuil is;
• hoe je kunt plannen;

Slide 15 - Diapositive

Doelstellingen

Aan het einde van deze les weet je meer over:
• hoe je etiketten leest;
• hoe je milieubewust werkt;
• hoe je ergonomisch werkt.

Slide 16 - Diapositive

Schoonmaakmiddelen

Pas op met bleek
Berg schoonmaakmaterialen en -middelen op in een aparte opslagruimte of kast waar het niet in contact kan komen met levensmiddelen.

Slide 17 - Diapositive

Schoonmaakmiddelen

Let bij het gebruik van schoonmaakmiddelen op:
  • Lees het etiket.
  • Volg de gebruiksaanwijzing en de voorzorgsmaatregelen.
  • Doe altijd de dop op de fles. Ook tijdens het schoonmaakwerk.
  • Plaats en bewaar schoonmaakmiddelen buiten het bereik van kinderen.
  • Zorg voor een juiste dosering. Gebruik niet te veel.
  • Bewaar het middel in de originele verpakking. Giet het niet over in een andere fles

Slide 18 - Diapositive

Kalk
  • In water zit een klein beetje kalk, de hoeveelheid kalk wordt uitgedrukt in hardheid.
  • Hard water bevat meer kalk. De hoeveelheid kalk verschilt per regio. Bij verhitting wordt kalk hard. Daarom moeten in sommige regio’s koffiezetapparaten en kranen vaker ontkalkt worden.

Slide 19 - Diapositive

Kalk

Slide 20 - Diapositive

Etiketten
Voordat je schoonmaakmiddelen gaat gebruiken is het belangrijk dat je altijd eerst het etiket leest.

Slide 21 - Diapositive

Etiketten

Slide 22 - Diapositive

Ventileren en luchten

Klachten door ongezonde lucht in huis 
Schone lucht in huis en op school is belangrijk voor je gezondheid. Als de lucht in school of thuis vervuild is kun je last krijgen van: 
  • hoofdpijn 
  • benauwdheid 
  • dufheid 
  • een droge keel, een droge neus en droge ogen 

Heb je al longklachten, bijvoorbeeld astma? Dan kan dat erger worden door te weinig frisse lucht in huis. 


Slide 23 - Diapositive

Milieubewust schoonmaken

Natuurlijke schoonmaakmiddelen zijn biologisch afbreekbaar 
en beter voor het milieu. Biologisch afbreekbaar betekent 
dat de schoonmaakmiddelen op een 
natuurlijke manier afgebroken worden. 

Slide 24 - Diapositive

Herbruikbare economie / Corculaire economie
De Nederlandse overheid wil in 2025 Nederland laten draaien op herbruikbare grondstoffen; een circulaire economie
In een circulaire economie bestaat er geen afval. Alle grondstoffen worden opnieuw gebruikt.



Slide 25 - Diapositive

Ergonomie

Een goede houding is belangrijk bij alles wat je doet. Schoonmaken, opruimen en lang zitten kan belastend voor je lichaam zijn. Zware dingen tillen is belastend voor je rug als je het niet goed doet. Het is dus belangrijk om hier goed op te letten. Ergonomisch werken betekend werken in de juiste lichaamshouding.

Slide 26 - Diapositive

Onderhoud
  • Naast schoonmaak is ook onderhoud erg belangrijk. Onderhoud betekent: ervoor zorgen dat iets in goede staat blijft. 
  • In het huishouden gebruik je dagelijks allerlei apparaten. Die moeten goed onderhouden worden, denk aan een stofzuiger en een koffiezetapparaat.
  • In de meeste gebruiksaanwijzingen staat hoe je een apparaat onderhoudt. 
  • Goed onderhoud bevordert de duurzaamheid en levensduur van apparaten. 

Slide 27 - Diapositive

Opdracht 2.23 (blz. 72)

Slide 28 - Diapositive

Opdracht 2.36 (blz. 90)

Slide 29 - Diapositive

Opdracht 2.37 (blz. 91)

Slide 30 - Diapositive

Opdracht 2.41 (blz. 96)

Slide 31 - Diapositive

Aan de slag
Lezen + maken blz. 41 t/m 100 (opdracht 2.01 t/m 2.42)
Klaar? Ga verder met de praktijkopdracht op blz. 245

Slide 32 - Diapositive

Aan de slag
Deelopdracht 2.01 stofzuigen (blz. 246)

Slide 33 - Diapositive

Aan de slag
Deelopdracht 2.02 Moppen met microvezeldoek (blz. 248)

Slide 34 - Diapositive

Aan de slag
Deelopdracht 2.03 Raam schoonmaken (blz. 250)

Slide 35 - Diapositive

Aan de slag
Deelopdracht 2.04 Schoonmaakplan (blz. 252)

Slide 36 - Diapositive

Aan de slag
Deelopdracht 2.05 Schoonmaakplan digitaal (blz. 254)

Slide 37 - Diapositive

Aan de slag
Deelopdracht 2.06 Milieuvriendelijk schoonmaken (blz. 258)

Slide 38 - Diapositive