speculaas

speculaas
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
HorecaPraktijkonderwijsLeerjaar 1

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

speculaas

Slide 1 - Diapositive

Wat heb je vorige week gemaakt?

Slide 2 - Diapositive

welke vormen kennen jullie?

Slide 3 - Carte mentale

lesdoelen
je kan uitleggen wat het verschil is tussen bloem en meel
je kan minimaal 3 verschillende vormen uit je deeg snijden/steken
je zorgt dat je werkbank + vaat in 30 minuten schoon is tijdens het rusten

Slide 4 - Diapositive

graanproduct
tarwe - europa, noord amerika
mais - zuid amerika
rijst - azië

kaf - kiem - zemel - meelkern

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

tar-knop bij wegen

Slide 8 - Diapositive

vaktaal
  • bloem
  • garneeramandelen
  • mespunt
  • rusten
  • 1 cm


Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

voorbereiding
we gaan kruidnoten maken. 
We gaan met de volgende 3 slides, onze spullen verzamelen en de keuken hygiënisch schoon maken. 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

emmer sop
1. pak het blauwe schoonmaakmiddel.

2. doe 1/2 dopje in je emmer. 

3. vul tot het 2e streepje. 

Slide 13 - Diapositive

materialen
  • eetlepel
  • theelepel
  • bekken
  • witte snijplank
  • zakje
  • ovenrek met bakpapier

Slide 14 - Diapositive

Ingredienten
  • 300 bloem
  • 175 boter
  • 150 basterdsuiker donker
  • 4 eetlepel koekkruiden
  • 1 mespunt zout
  • 2 eetlepel IJSkoud water
  • 25 gr amandelen

Slide 15 - Diapositive

uitvoeren
je gaat nu de kruidnoten maken. 

Volg de stappen voor een goed resultaat

Slide 16 - Diapositive

Stap 1
leg je ovenrek met bakpapier op je fornuis klaar

Slide 17 - Diapositive

stap 2
zeef je bloem

snij je boter in kleine stukjes

Slide 18 - Diapositive

Stap 3
doe in je bekken:
bloem
suiker
kruiden
boter
zout

Slide 19 - Diapositive

Stap 4
roer dit door elkaar met een spatel

Slide 20 - Diapositive

Stap 5
schenk het ijskoude water erbij. 

kneed dit tot soepel deeg

Slide 21 - Diapositive

stap 6
laat je deeg 30 min rusten in de koelkast. 

maak je werkbank + vaat schoon

Slide 22 - Diapositive

Stap 7
bestuif te werkbank. 
rol het deeg uit tot 1 cm dik. 
Controleer met de lineaal

Slide 23 - Diapositive

Stap 8
snij minimaal 3 verschillende vormen uit je deeg.

Slide 24 - Diapositive

Stap 9
les de koekjes op het bakpapier. 
leg de amandelen op je deeg

Slide 25 - Diapositive

Stap 10
zet je naam op het bakpapier. 

Zet het rek in de oven voor 30 minuten

Slide 26 - Diapositive

Stap 11
timer klaar?
pak de oven want. 
Haal de koekjes uit de oven. 
laat ze afkoelen

Slide 27 - Diapositive

afronden
na het koken ga je je spullen schoonmaken en opruimen. 

je zorgt dat ze ruimte weer netjes wordt.

Slide 28 - Diapositive

stap 1
Afwassen en afdrogen van het gebruikte materiaal

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Vidéo

stap 2
maak je werkblad schoon

Slide 31 - Diapositive

stap 3
Maak het fornuis schoon

Slide 32 - Diapositive

stap 4
veeg en/of dweil de vloer. 

Slide 33 - Diapositive

schoonmaaktaken: 
  • wasbakken 1+2
  • wasbakken 3+4
  • Temperatuur meten
  • werkbank controleren
  • was vouwen
schoonmaaktaken:
  • vloer vegen
  • vloer schrobben
  • vloer trekken
  • kruidenkar
  • tafels schoonmaken

Slide 34 - Diapositive

Nabespreken
kijk terug op de les. Hoe is het gegaan, wat ging super? 
zijn er ook dingen die je anders zou doen?
antwoord dit op de volgende slides

Slide 35 - Diapositive

schrijven
maak een foto van je bord. 
schrijf een stukje over:
  • wat heb je gedaan
  • waarom zou iemand anders dit ook moeten maken?

telt mee voor je cijfer

Slide 36 - Diapositive

Hoe smaakte het gerecht?
A
lekker
B
niet lekker
C
een beetje lekker
D
ik heb het niet geproefd

Slide 37 - Quiz

Wat ga je de volgende keer anders doen?

Slide 38 - Question ouverte

wat is het verschil tussen meel en bloem?

Slide 39 - Question ouverte

welke vormen heb jij gezien in de koekjes?

Slide 40 - Carte mentale

welke gewichten meet je op een weegschaal?
A
gr
B
ml
C
kg
D
cl

Slide 41 - Quiz

Waar is de TARE knop voor?

Slide 42 - Question ouverte

Super, je bent bij het einde, tot volgende week!

Slide 43 - Diapositive