Aan de slag met Scrum

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Na deze les 


  • Kun je benoemen wat Scrum betekend
  • Kun je benoemen hoe Scrum werkt
  • Kun je benoemen hoe jij succesvol aan Scrum meewerkt

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Scrum is een manier van samenwerken om in een team een product te maken. Dit gaat in kleine stappen; elke stap bouwt voort op de vorige. Deze manier bevordert de creativiteit en stelt het team in staat snel te reageren en bij te stellen. Scrum helpt teams om snel en flexibel producten te ontwikkelen.
De structuur binnen een scrum is belangrijk. De teamleden weten wat zij kunnen verwachten en wat er verwacht wordt.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekend Scrum?

Slide 4 - Diapositive

Scrum is een van de Agile methodes die er zijn; waarschijnlijk de meest bekende. Agile betekent zoiets als behendig, lenig en vlug. Ook wel: bewegen op een snelle en eenvoudige wijze. Scrum, of scrummage, is een term die bij rugby gebruikt wordt. Het staat voor de spelhervatting na bijvoorbeeld een overtreding.
De geschiedenis van Scrum

De ontwikkeling van software is waar het allemaal begon. Teams van programmeurs liepen telkens tegen problemen aan. De investeerder of eigenaar van een computerprogramma was aan het einde van een ontwikkeltraject lang niet altijd tevreden. Bijvoorbeeld omdat het product toch te weinig functies had, omdat het visueel niet aan de kwaliteitsnorm voldeed, of omdat de concurrent net eerder lanceerde.
Bij alle problemen viel op, dat het niet tijdig (kunnen) inspelen op actuele wijzigingen de oorzaak van een ‘mislukking’ bleek.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het basisprincipe van scrummen

Het principe van werken met de scrum-methode betekent dat je als team de werkzaamheden, de taken en de teamleden aldoor toetst en bespreekt. Het hogere doel daarbij is zo snel mogelijk een product opleveren die aan alle criteria voldoet, zonder de continue ontwikkeling en het voortdurend inspelen op de veranderingen uit het oog te verliezen.

Slide 6 - Diapositive

Scrum is een van de Agile methodes die er zijn; waarschijnlijk de meest bekende. Agile betekent zoiets als behendig, lenig en vlug. Ook wel: bewegen op een snelle en eenvoudige wijze. Scrum, of scrummage, is een term die bij rugby gebruikt wordt. Het staat voor de spelhervatting na bijvoorbeeld een overtreding.
Hoe werkt Scrum?
 Er zijn terugkomende ceremonies die de vaste structuur bevorderen. En er is een taakverdeling binnen het team. Het volgen van vaste en kleine stappen maakt tijdige bijsturing mogelijk. Die bijsturing zorgt voor flexibiliteit in het uitvoeren van de opdracht of het ontwikkelen van een product. 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Scrumteam
Een scrumteam is autonoom, zelfsturend. Er is geen baas. De scrummaster ziet erop toe dat het proces goed verloopt maar is niet de degene die alle beslissingen neemt. Het team vindt zelf uit HOE zij de leerdoelen moeten realiseren. En het team is als geheel verantwoordelijk voor het eindresultaat hoewel er binnen het team specifieke vaardigheden of focusgebieden benoemt kunnen worden. 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Scrumteam
Product owner = 
Scrummaster = 
Scrumteamleden = 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Scrumteam
In dit project is ervoor gekozen om de scrummaster door de product owner te laten kiezen. Vervolgens kiest de scrummaster zijn/haar teamleden. Het is belangrijk dat dit gebeurt op basis van elkaar aanvullende kwaliteiten EN NIET OP BASIS VAN VRIENDSCHAP. De ideale grootte voor een studenten scrumteam is 5. 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Scrum aan het werk
In het team wordt voortdurend besproken:
  • Welke taken/werkzaamheden er zijn
  • Hoeveel tijd deze in beslag nemen
  • Welke prioriteit aan de taak wordt gegeven
  • Dit alles wordt bijgehouden op het scrumbord. De scrummaster is verantwoordelijk voor het scrumbord (beschikbaar en bijgewerkt).
 


Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kernkwaliteiten
Wat zijn jouw kernkwaliteiten die je kunt toevoegen aan jouw scrumteam? 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ceremonie teamvorming
  • Kwaliteiten

  • Scrummaster

  • Teams kiezen

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heb je aan een team met aanvullende kwaliteiten?

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Keuze: Je wordt gekozen om iets wat je kunt.
Waardering: je wordt gezien om wat je kunt.
Hulp: Elk teamlid is anders en dus kun je elkaar bij verschillende dingen helpen.

Resultaten: Je vult elkaar aan, dus je eindproduct is beter.
Leren: Je leert van elkaar kwaliteiten en ontwikkelt jezelf
Plezier: Je leert nieuwe mensen kennen en krijgt meer respect voor verschillen.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit doet de scrummaster...
 

De scrummaster is niet de baas...!
  • Je zorgt dat het team het scrumbord bij houdt.
  • Je zorgt voor energie in het team, je moedigt aan.
  • Je stuurt proces aan.
  • Je bent de tussenpersoon tussen team en docent.
  • Je vraagt op tijd hulp bij de docent.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ken je kwaliteiten
Met welke kwaliteiten vul je elkaar aan?
Introvert
Extravert
Daadkrachtig
Weloverwogen
Punctueel
Creatief

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ben jij de scrummaster? 
  • Het kaartje ‘verantwoordelijk, zorgvuldig, doelgericht’ past bij de rol van Scrum Master;
  • Je doet het niet alleen! De docent en je team helpen je.
  • Het team is samen verantwoordelijk en alle  kwaliteiten zijn nodig.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  • De Scrum Masters houden hun kaartje vast. De rest legt het kaartje op de grond met de naam naar onderen.
  • De kaartjes worden geschud.
  • De Scrum Masters vormen ‘regenboog’teams : dan heb je zoveel mogelijk aanvullende kwaliteiten in hun team.

  • De Scrum Masters pakken om beurten een kaartje. Niet kijken, niets zeggen.
  • Als de kaartjes verdeeld zijn, noemen de Scrum Masters om beurten de namen van de kinderen uit hun team, inclusief hun kwaliteiten. We doen dit neutraal.
  • Onthoud je team, maar blijf staan tot het team compleet is. Loop dan naar je team.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Teams kiezen

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De teamnaam
  • Elk team heeft een nummer, maar veel belangrijker is je teamnaam.
  • Kies een mooie naam en schrijf deze op het label.
  • EIS: Het moet een positieve naam zijn (die je ook tegen de directeur kan en  durft te zeggen ;-) )

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

En nu? 
  • Volgende les starten we met de eerste opdracht
  • Handleiding maken over de atlas 
  • Als huiswerk bekijk je alle filmpjes die worden aangegeven
  • Maak je team trots en zorg dat iedereen het voor elkaar heeft

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions