Les 9 - Gladiatores

• Latijn
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Herhaling persoonsuitgangen, stammen, imperativus en vocativus

Gelukkig 2023!

Binnen = beginnen

Maak opdrachten 20 en 22 uit je hulpboek (p 53-54)

Antwoorden opdracht 20

               1C                 4F 

              2E                 5B

             3D                6A

Vandaag:

Herhalen herhalen herhalen, zodat de stof er goed in zit. 

Ook gaan we door met tekst 'Gladiatores'.

Maar... wat hadden we eigenlijk geleerd voor de vakantie?

Drillen!

Ga in de ELO van SPQR en meld je aan met toegangscode 622668

Ga aan de slag met de volgende drills:

1. Persoonsuitgangen alle stammen
   
2. Woorden les 8

Tekst Les 9: Gladiatores

Ga verder met het vertalen van de tekst. Deze gaan we morgen IN ZIJN GEHEEL bespreken. Het moet dus af!

Klaar? Maak Mandatum X (hb p 111) en opdracht 26 (hb p 55).

Ook klaar? Maak dan de extra mandatum (hb p 111) en opdracht 27 en 28 (hb p 56).

Benen strekken!

Daarna weer fris even drillen:

1. Esse en posse
2. Imperativus
3. Woorden les 9

Hoera, woordjes!

Werk in 2- of 3-tallen. Bekijk de (vetgedrukte) woorden van les 9 en bedenk welke je herkent uit andere (moderne) talen. Schrijf ze op. Voorbeeld: sol, soles (la): soleil (fr)

Tekst: Gladiatores

We bespreken eerst de eerste helft, daarna krijg je nog even tijd om de tekst tot het einde af te maken.

Huiswerk:

leer alle rijtjes van les 9: 

esse, posse en imperativus. Zorg dat je de verschillende vormen ZELF kun maken! Herhaal ook de woorden van les 8 en 9 en oefen ze minimaal 3 keer (verdeeld over de week) via de groepsdrillster!

Maak opdracht 26 (hb p 55) en mandatum X (hb p 111).

Naamvallen opfrissen

Schrijf in je schrift de volledige naamvalsrijtjes van via, ludus en spectator, -ores

Schrijf daarna de rijtjes van esse en posse op

Hoe noemen we deze soort gladiator?

1. murmillo
2. hoplomachus
3. retarius
4. thraex

Wat betekent 'quo'

1. waarheen
2. omdat
3. hoe
4. waarom

iterum?

1. daarna
2. weer, opnieuw
3. weer, klimaat
4. weer, wind

Determineer: gaudeo

1. abl. ev. mann.
2. acc. mv. vr.
3. 1e p. ev
4. infinitivus

wat betekent 'cavea'?

1. cavia
2. grot
3. cava
4. toeschouwersruimte

veto

1. ik maak ruzie
2. ik verbied
3. ik zie
4. ik kom

soror

1. zus
2. broer
3. probleem
4. hulp

emere

1. emmeren
2. kopen
3. zenden
4. verkopen

poculum

1. klein
2. trommel
3. podium
4. beker

claudere

1. wolken
2. klauteren
3. sluiten
4. eren

immo

1. integendeel
2. immers
3. nooit
4. ooit

fortasse

1. gelukkikg
2. toevallig
3. eventueel
4. misschien