VT 2 - JK - Technisch en aanvankelijk lezen 2

1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalHBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Noem 4 positieve factoren bij peuters en kleuters op de leesontwikkeling:

Slide 5 - Question ouverte

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Wat waren jouw eerste gedachtes bij het zestal plaatjes?

Slide 9 - Question ouverte

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Aanvankelijk technisch lezen versus tussendoelen beginnende geletterdheid 
6. Alfabetisch principe
7. Functioneel 'schrijven' en 'lezen'
8. Technisch lezen en schrijven, start
9. Technisch lezen en schrijven, vervolg

Slide 12 - Diapositive

Voeg een foto toe waar een van de eerder besproken tussendoelen te zien is:
6. Alfabetisch principe
7. Functioneel 'schrijven' en 'lezen'
8. Technisch lezen en schrijven, start
9. Technisch lezen en schrijven, vervolg

Slide 13 - Question ouverte

Tussendoelen beginnende geletterdheid

6. Alfabetisch principe
6.1. Kinderen ontdekken dat woorden zijn opgebouwd uit klanken en dat letters met die klanken
corresponderen en leggen de foneem-grafeemkoppeling.
6.2. Kinderen kunnen door de foneem-grafeemkoppeling woorden die ze nog niet eerder hebben gezien,
lezen en schrijven.

7. Functioneel 'schrijven' en 'lezen'
7.1. Kinderen schrijven functionele teksten, zoals lijstjes, briefjes, opschriften en verhaaltjes.
7.2. Kinderen lezen zelfstandig prentenboeken en eigen en andermans teksten. 


 

8. Technisch lezen en schrijven, start
8.1. Kinderen kennen de meeste letters; ze kunnen de letters fonetisch benoemen.
8.2. Kinderen kunnen klankzuivere (km-,mk- en mkm-) woorden ontsleutelen zonder eerst e afzonderlijke
letters te verklanken.
8.3. Kinderen kunnen klankzuivere woorden schrijven.

9. Technisch lezen en schrijven, vervolg
9.1. Kinderen lezen en spellen klankzuivere woorden (van het type mmkm, mkmm en mmkmm).
9.2. Kinderen lezen korte woorden met afwijkende spellingpatronen enmeerlettergrepige woorden.
9.3. Kinderen maken gebruik van een breed scala van woordidentificatietechnieken.
9.4. Kinderen herkennen woorden steeds meer automatisch. 

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Wat weet jij van het fonologisch bewustzijn?

Slide 16 - Question ouverte

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Wat weet jij over het fonemisch bewustzijn?

Slide 19 - Question ouverte

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Wanneer is de kans het grootst dat een kind ontdekt dat het grafeem 'm' correspondeert met het foneem 'm'?
A
Als hij het woord 'huis' kan lezen en vervolgens het woord 'muis' ziet en hoort.
B
Als hij het woord 'pruik' kan lezen en vervolgens het woord 'muis' ziet en hoort.
C
Als hij het woord 'lui' kan lezen en vervolgens het woord 'muis' ziet en hoort.
D
Als hij het woord 'kaas' kan lezen en vervolgens het woord 'muis' ziet en hoort.

Slide 23 - Quiz

Auditieve objectivatie

Auditieve discriminatie

Auditieve analyse

Auditieve synthese

Temporeel ordenen

Klankpositie bepalen

De volgorde van klanken onthouden

Verschil horen tussen woorden of klanken

Letten op de klank en niet op de betekenis

Een woord in klanken splitsen

Losse klanken samenvoegen tot een woord

Aangeven waar je een klank in een woord hoort

Slide 24 - Question de remorquage

Slide 25 - Diapositive

Visuele discriminatie
Visuele analyse
Visuele synthese
Spatieel ordenen

Letterpositie bepalen

Aangeven wat de plaats van een letter in een woord is
Letters in een woord herkennen
Verschil zien tussen letters of woorden
Losse letters samenvoegen tot een woord
Volgorde van letters onthouden

Slide 26 - Question de remorquage

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Haal uit jouw technisch leesboekje
drie klankzuivere woorden en twee woorden met vijf fonemen.

Slide 29 - Question ouverte

Slide 30 - Vidéo

Wat zie je terug van de besproken didactiek in het fragment?

Slide 31 - Question ouverte

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Welke verschillen zie je?

Slide 36 - Question ouverte

Slide 37 - Diapositive

Welke verschillen zie je?

Slide 38 - Question ouverte

Slide 39 - Vidéo

Slide 40 - Diapositive

Welke verschillen zie je?

Slide 41 - Question ouverte

Slide 42 - Vidéo

Slide 43 - Diapositive

Bekijk het fragment en benoem wat je ziet/hoort bij het kind en begeleidster

Slide 44 - Question ouverte

Verbind de instructieprincipe aan een praktijk voorbeeld en deel:
Werken met basiswoorden
Analyseren en synthetiseren
Concreet ondersteunen
Modelen
Herhalen
Automatiseren

Slide 45 - Question ouverte

Slide 46 - Diapositive

Noem uit jouw technisch leesboekje":
3 klankzuivere woorden
2 woorden met 5 fonemen
Hoeveel grafemen het woord
eenden heeft.

Slide 47 - Question ouverte

Extra > Stimuleren taalbewustzijn in de kleuterklas 

  • Zie ook figuur 3.8 op pp. 81-83 van Taal & Didactiek. Aanvankelijk en technisch lezen (Huizenga, 2016). 

Slide 48 - Diapositive