§8.5 herhaling eenheden van snelheid

Herhaling § 8.5
Rekenen met eenheden van snelheid
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Herhaling § 8.5
Rekenen met eenheden van snelheid

Slide 1 - Diapositive

Goed onthouden!
m/s omrekenen naar km/h           x3,6
km/h omrekenen naar m/s           : 3,6

Snelheid berekenen, zorg dat je meters en seconden hebt, of kilometers en uren.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

20 m/s = .....km/u
A
72
B
5,6

Slide 4 - Quiz

50km/h = ....m/s (rond zo nodig af op 1 decimaal)

Slide 5 - Question ouverte

Sandra loopt 5km met een gemiddelde snelheid van 3 m/s. Hoeveel seconden doet zij over de 5 km? Rond zo nodig af op helen.

Slide 6 - Question ouverte

Jeroen loopt 7km, hij doet hier 40 min over, wat is zijn snelheid in m/s? (rond zo nodig af op 1 decimaal)

Slide 7 - Question ouverte

Je rent 600 meter in 50 seconden. Wat is je snelheid in m/s?

Slide 8 - Question ouverte

Hoeveel km/u is dan 12 m/s?
Rond af op 1 decimaal.

Slide 9 - Question ouverte

Aan de slag
Maak de opgaven van de herhaling die horen bij §8.1 t/m §8.5

Slide 10 - Diapositive