Je kan de formule Vgem = s/t ombouwen zodat je de aandere grootheden kan berekenen.
Je kan tijd en afstanandseenheden omrekenen.
Je kan de snelheid in m/s omrekenen naar km/h en omgekeerd.
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2
Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Leerdoelen
Je kan de formule Vgem = s/t ombouwen zodat je de aandere grootheden kan berekenen.
Je kan tijd en afstanandseenheden omrekenen.
Je kan de snelheid in m/s omrekenen naar km/h en omgekeerd.
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Geef hier je antwoord van de voorbeeldvraag. Rond je antwoord af op 1 decimaal (vergeet eenheid niet).
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Diapositive
Tijden omrekenen
minuten -> seconde door x60 te doen
seconde -> minuten door :60 te doen
minuten -> uren door :60 te doen
uren -> minuten door x60 te doen
uren -> seconde door x3600 te doen
seconde -> uren door :3600 te doen
Slide 7 - Diapositive
Reken 25 minuten om naar uur. Rond af op 2 decimalen
A
0,01 uur
B
1500 uur
C
0,42 uur
D
0,25 uur
Slide 8 - Quiz
Reken 12,5 minuten om naar uur. Rond af op 3 decimalen
A
0,125 uur
B
0,208 uur
C
750 uur
D
3,472 uur
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Sleep de snelheden die bij elkaar horen in 1 van de vakken. De bovenste snelheid hoor bij het vak dus 20 m/s in vak 1.
20 m/s
72 km/h
63 km/h
17,5 m/s
35 m/s
126 km/h
Slide 11 - Question de remorquage
Maak de opdr. in je schrift
Als iedereen weer naar school mag na Covid-19 moet Adib 5,3 km fietsen. Hij doet daar 22 minuten over.
Bereken de gemiddelde snelheid van Adib in m/s.
Marina fietst 16 km/h en doet er 20 minuten over om op school te komen.
2. Bereken welke afstand Marina fietst om naar school te komen.
Slide 12 - Diapositive
Maak een foto van jouw antwoorden op de vorige vragen.
Slide 13 - Question ouverte
2 Vwo (niet havo)
Jullie moeten weten dat de oppervlakte die zich onder een plaats-tijddiagram bevindt gelijk is aan de afgelegde afstand. Je kan die alleen bij en regelmatige stijging van de snelheid.
Dat doe je door: (0,5 * hoogte) * basis = ... uit te rekenen.
* betekend vermenigvuldigen
Slide 14 - Diapositive
2 Vwo niet havo
Slide 15 - Diapositive
2 Vwo (niet havo)
Op bladzijde 190 zie je de vorige afbeelding terug en wordt in de tekst bewezen dat de oppervlakte onder de grafiek gelijk is aan de afstand, namelijk;