1.1 tm 1.4

1.1 Sociale (on)gelijkheid
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

1.1 Sociale (on)gelijkheid

Slide 1 - Diapositive

Sociale ongelijkheid

Slide 2 - Diapositive

Het is niet verkeerd dat er ongelijkheid in de wereld is
A
Eens
B
oneens

Slide 3 - Quiz

Waarom is dit kernconcept belangrijk?

Sociale ongelijkheid verklaart de wijze waarop we samenleven
Sociale ongelijkheid veroorzaakt sociale problemen
Wat zijn de gevolgen van sociale ongelijkheid?
Hoe kun je dit oplossen?



Slide 4 - Diapositive

Sociale ongelijkheid
Er is sprake van wanneer verschillen tussen mensen in al dan niet aangeboren kenmerken, consequenties hebben voor hun maatschappelijke positie en leiden
tot een ongelijke verdeling van schaarse en hooggewaardeerde zaken en een ongelijke waardering en behandeling. Ook rechten en plichten zijn niet gelijk verdeeld.

Slide 5 - Diapositive

Verschil in inkomen, kennis, sociale status en macht 

Ongelijke verdeling :
geld, status

 macht en afhankelijkheid


indelen in sociale lagen: stratificatie

verandering in positie: sociale mobiliteit




Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Cultuur
Welke betekenis mensen geven aan verschillen wordt mede bepaald door de cultuur
Cultuur
het geheel van voorstellingen, uitdrukkingsvormen, opvattingen, waarden en normen die mensen als lid van een groep of samenleving hebben verworven

Slide 8 - Diapositive

Drie vormen van sociale ongelijkheid
1. Ongelijke verdeling van (politieke) macht

2. Ongelijke verdeling van bezit

3. Ongelijke verdeling van status

Macht
Het vermogen om hulpbronnen in te zetten om bepaalde doelstellingen te bereiken en de handelingsmogelijkheden van anderen te beperken of te vergroten

Slide 9 - Diapositive

Sociale strattificatie
  • Het wisselen van klasse
  • Stijgen is moeilijker dan dalen

In een gesloten samenleving hebben mensen geen/ nauwelijks kans om te stijgen op de ladder
In een open samenleving stijgen de kansen

Slide 10 - Diapositive

Sociale mobiliteit betekent:
A
Je kunt klimmen op de maatschappelijke ladder
B
Macht, kennis en geld zijn niet gelijk verdeeld over de samenleving.
C
Alle maatschappelijke posities van hoog naar laag
D
Je kunt bewegen, zoals dansen, waardoor je een betere positie hebt.

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Lien

1.3 Positietoewijzing en postitieverwerving 
en
1.4 maatschappelijke posities en de gevolgen

Slide 13 - Diapositive

Positietoewijzing
maatschappelijke oorzaken waardoor een persoon of groep op een bepaalde positie terechtkomt

Slide 14 - Diapositive

Positietoewijzing
Discriminatie op arbeidsmarkt
 'Arie' wordt vaker uitgenodigd op sollicitatiegesprek dan 'Ali'
Xenofobie
Dit betekent: angst voor vreemdelingen.
Wat we niet kennen vinden we soms eng en willen we uit de weg gaan.

Slide 15 - Diapositive

Positieverwerving
Economische kapitaal
Sociaal kapitaal
Cultureel kapitaal
Taalbeheersing, opleiding, ervaring en kennis arbeidsmarkt
Sociaal netwerk; vrienden en ouders die je steunen
Omgangsvormen: gedragsnormen
het verkrijgen van een maatschappelijke positie door de eigen bijdrage van een persoon of de groep waartoe hij behoort

Slide 16 - Diapositive

1.4 Maatschappelijke posities en de gevolgen

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Slide 19 - Lien

huiswerk
Opg. blz 13 tm 23
samenvatten hfdst 1

Slide 20 - Diapositive