Een situatie waarin verschillen tussen mensen in al dan niet aangeboren kenmerken, consequenties hebben voor hun maatschappelijke positie en leiden tot een ongelijke verdeling van schaarse en hooggewaardeerde zaken, van waardering en behandeling.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
Verschillen in sociale ongelijkheid
Ongelijke verdeling van macht
Ongelijke verdeling van bezit
(schaarse en hoog gewaardeerde zaken)
Ongelijke verdeling van status
(waardering of ongelijke behandeling)
Slide 6 - Diapositive
Met welk voorwerp wordt de maatschappelijke positie bepaald?
A
Snijplank
B
Ladder
C
Glazen plafond
D
Verdieping
Slide 7 - Quiz
Hoe kun je er voor zorgen dat je hoger op de maatschappelijke ladder komt?
Slide 8 - Question ouverte
Wanneer iemand makkelijk kan klimmen op de maatschappelijke ladder noemen we dat...
A
Sociale stratificatie
B
Sociale uitsluiting
C
Sociaal kapitaal
D
Sociale mobiliteit
Slide 9 - Quiz
Sociale stratificatie = sociale lagen
Een verdeling van de maatschappij in groepen waartussen sociale ongelijkheid bestaat.
(Er zijn verschillende sociale posities)
Veranderen van 'laag', dus veranderen van groep noem je sociale mobiliteit.
Slide 10 - Diapositive
Wat is een ander woord voor sociale posities?
A
Sociale stratificatie
B
Sociale lagen
C
Sociale mobiliteit
D
Sociale ongelijkheid
Slide 11 - Quiz
Sociale mobiliteit betekent:
A
Je kunt klimmen op de maatschappelijke ladder
B
Macht, kennis en geld zijn niet gelijk verdeeld over de samenleving.
C
Alle maatschappelijke posities van hoog naar laag
D
Je kunt bewegen, zoals dansen, waardoor je een betere positie hebt.
Slide 12 - Quiz
Sociale mobiliteit
Je positie op de maatschappelijke ladder
kan veranderen door:
Positietoewijzing:
Maatschappelijke oorzaken
(omgeving, andere mensen,
omstandigheden)
bepalen de positie van een groep of individu.
Positieverwerving:
Groepen of individuen verkrijgen hun positie door een eigen bijdrage.
Slide 13 - Diapositive
Een vrouw wordt in één klap rijk door een erfenis van een opa.
A
Positieverwerving
B
Positietoewijzing
Slide 14 - Quiz
Een advocate pleegde fraude en kreeg direct ontslag.
A
Positieverwerving
B
Positietoewijzing
Slide 15 - Quiz
Een moeder die stopt met werken wordt al snel gezien als 'soft'.
A
Positieverwerving
B
Positietoewijzing
Slide 16 - Quiz
Gesloten en open samenleving
Gesloten samenleving
Een maatschappij waarin mensen nauwelijks of geen kansen hebben om te stijgen op de maatschappelijke ladder.
Open samenleving
Een maatschappij waarin mensen kansen hebben om te stijgen op de maatschappelijke ladder.
Slide 17 - Diapositive
Wat is het verschil tussen een 'gesloten' en een 'open' samenleving?
Slide 18 - Question ouverte
Slide 19 - Vidéo
Wat speelt in het onderwijs meer mee, positietoewijzing of positieverwerving?
positietoewijzing
positieverwerving
Slide 20 - Sondage
Duidt dit fragment meer op een open of een gesloten samenleving?