3H - Betoog - Les 1

Betogend schrijven
Les 1: wat is een betoog?
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Betogend schrijven
Les 1: wat is een betoog?

Slide 1 - Diapositive

Wanneer is de laatste keer dat jij
iemand hebt moeten overtuigen?

Slide 2 - Carte mentale

Wat voor strategie heb jij gebruikt toen jij die persoon moest overtuigen?

Slide 3 - Question ouverte

Wat gaan we doen?
De komende drie weken gaan jullie in duo's een betoog schrijven. In negen lessen tijd leer je hoe je een betoog moet schrijven. Het schrijven van een goed betoog is niet eenvoudig. Een lezer laat zich tenslotte niet zomaar door jou overtuigen. Daarvoor heb je overtuigingskracht nodig. Overtuigen doe je door:
  • een standpunt in te nemen;
  • je standpunt te onderbouwen met argumenten;
  • gestructureerd te schrijven;
  • goede woorden te kiezen.

Slide 4 - Diapositive

Planning
  1. Voorbeeldbetoog lezen
  2. Onderwerp kiezen en bronnen
  3. Een stelling formuleren
  4. Het bouwplan maken / argumenten zoeken
  5. Inleiding schrijven
  6. Slot schrijven
  7. Herschrijven zonder spelfouten
  8. Goede woorden kiezen
  9. Beoordelen en inleveren

Het cijfer telt 2x mee.
Let op: het kan zijn dat we sommige lessen samenvoegen tot één les!

Slide 5 - Diapositive

Hoe ga je te werk?
  • Je vormt een duo met je bubbelbuddy;
  • Je werkt met de werkbladen die ik je in Teams geef via Opdrachten (per les). Deze lever je in principe individueel in per les;
  • Je krijgt de link naar deze lessen opgestuurd, zodat je die kunt teruglezen.

Slide 6 - Diapositive

Even een check!
Wat weet je nog over standpunten en argumenten?

Slide 7 - Diapositive

Wat is een standpunt?
A
Een mening over iets
B
Een onderbouwing
C
Een argument
D
Het ergens niet mee eens zijn

Slide 8 - Quiz

Wat is het standpunt?
A
Nederlandse scholieren zitten gemiddeld ruim drie uur per dag op hun mobieltje.
B
Veel scholieren blijken verslaafd te zijn aan hun mobieltje.
C
Mobiele telefoons voor jongeren zouden verboden moeten worden.

Slide 9 - Quiz

Juist of onjuist?
Een waarderend argument kun je controleren op waarheid.
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quiz

Juist of onjuist?
Met een weerlegging reageer je op de argumenten van je tegenstander.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

Aan de slag!
Je leest vandaag een voorbeeldbetoog. Je vindt deze in een Sway, zodat je hem altijd kunt terugvinden. Hierbij maak je de opdrachten in het werkblad. Dit werkblad lever je in via Opdrachten in Teams (deadline: voor de volgende les!).

Slide 12 - Diapositive