5.08 Alvleesklier en bijnieren

De alvleesklier 
De bijnieren
5.08 De eilandjes van Langerhans en de bijnieren
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

De alvleesklier 
De bijnieren
5.08 De eilandjes van Langerhans en de bijnieren

Slide 1 - Diapositive

Let op! Proefwerk
Volgende week donderdag (11 maart): Proefwerk
Thema 5. Blz.8 t/m 25
5.1 Het zenuwstelsel
5.2 Zenuwcellen en zenuwen
5.3 Het ruggenmerg
5.4 De hersenen
5.5 De weg die de impulsen afleggen
5.6 Het hormoonstelsel
5.7 De hypofyse en de schildklier
5.8. De eilandjes van Langerhans en de bijnieren

Slide 2 - Diapositive

Terugblik

Slide 3 - Diapositive


Wat is de functie van hormonen?
A
Hormonen verwerken de impulsen die afkomstig zijn van spiercellen
B
Hormonen zorgen voor het voedsel van het hormoonstelsel
C
Hormonen zorgen voor snelle reacties op prikkels
D
Hormonen regelen de werking van weefsels en organen die er gevoelig voor zijn.

Slide 4 - Quiz

Hoe heet de hormoonklier aangegeven met nr 2 (bij de keel)?

A
hypofyse
B
eierstok
C
bijnier
D
schildklier

Slide 5 - Quiz

Waarom kun je de hypofyse het 'regelcentrum' van het hormoonstelsel noemen?

Slide 6 - Question ouverte

Welke processen worden door het schildklierhormoon beïnvloed?

Slide 7 - Question ouverte

Leerdoelen:
  • Je kunt beschrijven op welke manieren hormonen de cellen en weefsels van organismen kunnen beïnvloeden.
  • Je kunt de werking van de alvleesklier en de bijnier en hun hormonen beschrijven. 

Slide 8 - Diapositive

Alvleesklier: Eilandjes van Langerhans

Hormoon 1
Insuline
Hormoon 2
Glucagon

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Insuline
  • Als je teveel glucose in je bloed hebt wordt insuline afgegeven. 
  • Insuline zorgt ervoor dat glucose als glycogeen wordt opgeslagen in de spieren en lever. Dit wordt dan bewaard voor later.
  • De hoeveelheid suiker in je bloed is nu lager!
             glucose => glycogeen

Slide 11 - Diapositive

Glucagon
  • Als je te weinig glucose in je bloed hebt wordter glucagon afgegeven.
  • Glucagon zorgt ervoor dat glycogeen wordt omgezet in glucose.
  • De hoeveelheid suiker in je bloed wordt hoger.
          glycogeen => glucose

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Diabetes (suikerziekte)
Er wordt te weinig insuline gemaakt
of
Lichaam reageert niet meer op insuline

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

De bijnieren.

- Bijniermerg

- Adrenaline

--> stressreactie: woede, angst, schrik

- Dissimilatie

--> glycogeen omgezet in glucose in lever en spieren

- Snelle, kortdurende werking.

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Yeah een quizje!!!

Slide 19 - Diapositive

Cellen in de alvleesklier 
die insuline & glucagon maken
Stoffen in het bloed die de werking van bepaalde organen regelen
Hormoon dat in de 
bijnieren wordt gemaakt
Klieren die adrenaline maken
Orgaanstelsel in het lichaam dat uit een aantal hormoonklieren bestaat
eilandjes van Langerhans
hormonen
adrenaline
hormoonstelsel
bijnieren

Slide 20 - Question de remorquage

Een leerling krijgt tijdens het houden van een presentatie voor de klas een rode kleur. Zijn hartslag en ademhaling zijn versneld. Bij meting zou blijken dat bovendien het glucosegehalte van het bloed is gestegen. Al deze effecten worden veroorzaakt door hetzelfde hormoon.
Welk hormoon veroorzaakt deze effecten.
A
adrenaline
B
glucagon
C
insuline
D
schildklierhormoon

Slide 21 - Quiz

Alvleesklier
Glucose
Glycogeen
Insuline
Glucagon
Bloedsuikerpsiegel gaat omlaag
Bloedsuikerpsiegel gaat omhoog
Lever

Slide 22 - Question de remorquage

Welke invloed heeft insuline op het glucosegehalte van het bloed?
A
door insuline daalt het glucosegehalte in het bloed
B
door insuline stijgt het glucosegehalte in het bloed

Slide 23 - Quiz

De hormonen insuline en glucagon hebben beide inlvoed op het glucosegehalte van het bloed.
Is de invloed van deze hormonen op het glucosegehalte van het bloed hetzelfde of tegengesteld?
A
hetzelfde
B
tegengesteld

Slide 24 - Quiz

Het bloed bij de mens bevat gemiddeld 0,1% glucose.
Wanneer maken de eilandjes van Langerhans veel insuline?
A
als glucosegehalte hoger is dan 0,1%
B
als glucosegehalte lager is dan 0.1%

Slide 25 - Quiz

Bij diabetes maken de eilandjes van Langerhans te weinig van een bepaald hormoon.
Van welk hormoon?
A
glucagon
B
insuline

Slide 26 - Quiz

In de afbeelding is de ligging van enkele hormoonklieren bij een vrouw getekend.
Hoe heet deel 4?
A
alvleesklier
B
schildklier
C
hypofyse
D
bijnieren

Slide 27 - Quiz

In de afbeelding is de ligging van enkele hormoonklieren bij een vrouw getekend.
Hoe heet deel 1?
A
alvleesklier
B
schildklier
C
hypofyse
D
bijnieren

Slide 28 - Quiz

Bij mensen met suikerziekte maken de eilandjes van Langerhans ...... insuline
A
te veel
B
te weinig

Slide 29 - Quiz

Waarom hebben hormoonklieren geen afvoerbuizen?
A
Omdat ze de hormonen rechtstreeks aan de doelcellen geven
B
Omdat ze hormonen aan het bloed afgeven
C
Omdat hormonen via de zenuwen gaan
D
Ze hebben wel afvoerbuizen

Slide 30 - Quiz

1. Het hormoonstelsel regelt processen in het lichaam door hormonen af te geven: dat gaat snel

2. Het zenuwstelsel regelt processen in het lichaam door impulsen: dat gaat meestal langzaam
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1 waar 2 nietwaar
D
1 nietwaar 2 waar

Slide 31 - Quiz

Hoe reageert je lichaam als het onvoldoende insuline kan produceren?
A
Je lever haalt suiker uit je bloed
B
Je nieren halen suiker uit je bloed
C
Je gaat meer suiker verbranden

Slide 32 - Quiz

De hypofyse maakt het groeihormoon
A
ja
B
nee

Slide 33 - Quiz

Geef het antwoord op de volgende dia

Slide 34 - Diapositive

Geef hier het antwoord van de vorige dia.

Slide 35 - Question ouverte

Aan het (huis) werk
Quayn 3.8 De eilandjes van Langerhans en de bijnieren
Lezen? Blz 23. 

Slide 36 - Diapositive