Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
2HV NG
2HV
Naamwoordelijk gezegde (NG)
1 / 21
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
21 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
2HV
Naamwoordelijk gezegde (NG)
Slide 1 - Diapositive
Welk werkwoord kun je tekenen/uitbeelden en welke niet?
ZWW
KWW
wel
niet
zijn
worden
blijven
(hij blijft stom)
blijken
lijken
schijnen
(hij schijnt aardig te zijn)
dunken
(het beste cadeau dunkt mij die tas te zijn)
voorkomen
(dat komt mij vreemd voor)
schijnen
(de zon schijnt)
dunken
(hij dunkt de bal in het net)
timmeren
zonnebaden
rijden
maken
vervelen
Slide 2 - Question de remorquage
Slide 3 - Diapositive
Stappenplan 2
1. Persoonsvorm
2. Gezegde
- Alle werkwoorden in de zin zoeken
- Wat is het belangrijkste werkwoord?
- Belangrijkste ww = KWW = Naamwoordelijk gezegde
Belangrijkste ww = ZWW = Werkwoordelijk gezegde
3. Zinsdeelstrepen
4. Onderwerp
5. - Naamwoordelijk gezegde --> Naamwoordelijk deel (altijd!)
- Werkwoordelijk gezegde --> Lijdend voorwerp (niet altijd!)
6. Meewerkend voorwerp
7. Bijwoordelijke bepaling
8. Bijvoeglijke bepaling
VIP
V
(oltooid deelwoord)
I
(nfinitief)
P
(ersoonsvorm)
Slide 4 - Diapositive
[Naamwoordelijk gezegde]
-
Alle werkwoorden in een zin + het naamwoordelijk deel
.
- Het
naamwoordelijk deel
zegt iets over het onderwerp:
Jana (is) al enkele dagen [
erg verdrietig
]
.
- Het naamwoordelijk gezegde bevat altijd een
KWW
:
Altijd al (werd
)
Boris [bang
]
van oude mensen. (kww-nwd)
Hij (is) zijn hele leven [aardig] {gebleven}. (hww-nwd-kww)
Inge (kan) [dolfijntrainster] {geworden zijn}. (hww-nwd-kww-hww)
Slide 5 - Diapositive
Noem de werkwoorden uit onderstaande zin.
Mijn vrienden zijn niet altijd aan het verliezen.
Slide 6 - Question ouverte
Sleep de werkwoorden uit de zin naar de goede plek.
Mijn vrienden zijn niet altijd aan het verliezen.
Persoonsvorm
Infinitief
Voltooid deelwoord
zijn
verliezen.
Slide 7 - Question de remorquage
Koppelwerkwoord (kww)
Zelfstandig werkwoord (zww)
- zijn, worden, blijven, blijken, lijken, schijnen, heten, dunken, voorkomen
- Kun je vaak niet uitbeelden.
- Hoedanigheid of eigenschap
Hij
is
dokter.
Sneeuwwitje is koningin
geworden.
- alle andere werkwoorden
- Kun je vaak wél uitbeelden.
- Handeling of plaats
Hij
is
buiten.
De koningin heeft me
gebeld.
Voorbeeldzin
Mijn vrienden zijn niet altijd aan het
verliezen
.
Slide 8 - Diapositive
Mijn vrienden zijn niet altijd aan het verliezen.
Is het belangrijkste ww een zww of een kww?
A
zww
B
kww
Slide 9 - Quiz
Dus:
Mijn vrienden (zijn) niet altijd [aan het verliezen}.
Slide 10 - Diapositive
Wat is het belangrijkste werkwoord
uit onderstaande zin?
Mijn hondje wil graag uitgelaten worden.
A
wil
B
uitgelaten
C
worden
Slide 11 - Quiz
Mijn hondje wil graag uitgelaten worden.
Is 'uitgelaten' een zww of een kww?
A
zww
B
kww
Slide 12 - Quiz
Neem onderstaande zin over en
zet de goede tekens erin. Volg het schema!
Mijn hondje wil graag uitgelaten worden.
Slide 13 - Question ouverte
Wat is het belangrijkste werkwoord
uit onderstaande zin?
Hij wil graag professionele
balletdanser blijven zijn.
A
wil
B
blijven
C
zijn
Slide 14 - Quiz
Hij wil graag professionele
balletdanser blijven zijn.
Is 'zijn' een zww of een kww?
A
zww
B
kww
Slide 15 - Quiz
Neem onderstaande zin over en
zet de goede tekens erin. Volg het schema!
Hij wil graag professionele balletdanser blijven zijn.
Slide 16 - Question ouverte
Neem onderstaande zin over en
zet de goede tekens erin. Volg het schema!
Hij is sinds zijn geboorte een rijke stinkerd gebleven.
Slide 17 - Question ouverte
Neem onderstaande zin over en
zet de goede tekens erin. Volg het schema!
Rudolf blijkt verschrikkelijk boos te zijn geweest.
Slide 18 - Question ouverte
Neem onderstaande zin over en
zet de goede tekens erin. Volg het schema!
Tante Betsie schijnt een groot kunstliefhebber te zijn.
Slide 19 - Question ouverte
Neem onderstaande zin over en
zet de goede tekens erin. Volg het schema!
Zij schijnen te spelen in de tuin van de boer.
Slide 20 - Question ouverte
En nu werken jullie!
Slide 21 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Naamwoordelijk gezegde
Novembre 2022
- Leçon avec
36 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
herhalingsles
Juin 2020
- Leçon avec
36 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Naamwoordelijk gezegde
Mai 2022
- Leçon avec
35 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
L11 Zinsleer
Février 2023
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
L11 Zinsleer
Mars 2024
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Naamwoordelijk gezegde
Février 2023
- Leçon avec
39 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
GR BL3 - voorzetselvoorwerp + kopperwerkwoord
Janvier 2021
- Leçon avec
37 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
Naamwoordelijk gezegde
Janvier 2021
- Leçon avec
41 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2