Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Leespad beste vrienden voor altijd wb p. 10-16
Slide 1 - Diapositive
Wat weet je nog over de hoofdpersonages?
Slide 2 - Carte mentale
Lees de tekst p. 10-11
Slide 3 - Diapositive
Wie doet er mee in de sms?
Slide 4 - Carte mentale
Wat is er gebeurd?
Slide 5 - Question ouverte
Wanneer speelt de sms zich af?
Slide 6 - Question ouverte
Wat voelt Felix voor hij wil gaan slapen?
A
Zijn telefoon trilt.
B
Zijn wekker gaat af.
C
Hij hoort Moor.
D
Hij voelt zich blij.
Slide 7 - Quiz
Wie stuurt een sms naar Felix?
A
de mama van Fati
B
de juf
C
Fati
D
Alex
Slide 8 - Quiz
Waarvan stuurt Fati een foto.
A
Moor
B
een volle voederbak
C
een speelgoedje van Moor
D
melk
Slide 9 - Quiz
Fati krijgt een sms van Felix. Felix heeft Moor gevonden en brengt haar morgen mee naar school.
A
juist
B
fout
Slide 10 - Quiz
Felix wil net in bed gaan als Fati hem een sms stuurt dat Moor is gevonden door haar mama.
A
juist
B
fout
Slide 11 - Quiz
Fati stuurt een sms naar Felix. Moor is nog niet gevonden en Fati maakt zich zorgen. Ze denkt dat ze niet zal kunnen slapen.
A
juist
B
fout
Slide 12 - Quiz
Wie stuurt de sms? (zender)
A
Felix
B
Fati
C
Moor
Slide 13 - Quiz
Wie krijgt de sms? ( ontvanger)
A
Felix
B
Fati
C
Moor
Slide 14 - Quiz
Lees het verhaal.
wb p. 14-15
Slide 15 - Diapositive
Welk gevoel heeft Fati?
Slide 16 - Question ouverte
Waar houdt Moor niet van?
A
andere katten
B
kattenbrokken
C
avontuur
D
honden
Slide 17 - Quiz
Waar ligt Moor het liefste?
A
in haar mand of aan de voeten van mama
B
Op de verwarming
C
In de boomhut
D
onder de boom
Slide 18 - Quiz
Felix zit Fati staan. Ze kijkt sip want Moor is nog niet terug. Hij wil haar geruststellen. Maar dat lukt niet. Na het voetballen gaat hij mee zoeken achter Moor.
A
juist
B
fout
Slide 19 - Quiz
Felix ziet Fati staan. Ze is weer blij want Moor is terug. Hij gaat eerst voetballen. Daarna gaan ze samen spelen in de boomhut.
A
juist
B
fout
Slide 20 - Quiz
Felix ziet Fati staan. Ze kijkt sip want Moor is nog niet terug. Hij gat meteen met haar zoeken.