Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Avoir
Avoir
1 / 22
suivant
Slide 1:
Diapositive
Cette leçon contient
22 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositive de texte
et
3 vidéos
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Avoir
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
avoir
=
hebben
il/elle/on a
nous avons
vous avez
ils/elles ont
tu as
j'ai
wij hebben
zij hebben (ml&vr)
ik heb
jullie hebben & u heeft
jij hebt
hij/zij/men heeft (wij hebben)
Slide 3 - Question de remorquage
j'
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
Combineer de juiste vorm van 'avoir' met het onderwerp
ai
as
a
avons
avez
ont
Slide 4 - Question de remorquage
A. optreden
B. ontdekt worden
C. zin hebben om te
A. zij heeft
B. zij hebben
C. men heeft
D. jullie hebben
E. jij / je hebt
F. wij hebben
1. nous avons
2. tu as
3. ils ont
4. on a
5. vous avez
6. elle a
Slide 5 - Question de remorquage
ik heb
jij hebt
hij heeft
zij heeft
men heeft/
wij hebben
wij hebben
jullie hebben/ u heeft
zij hebben
(mnl mv)
zij hebben
(vrl mv)
Slide 6 - Question de remorquage
Tu .... une soeur ?
A
ai
B
a
C
as
D
ont
Slide 7 - Quiz
Non, j'.... un frère
A
ai
B
a
C
as
D
ont
Slide 8 - Quiz
Il .... quinze ans
A
as
B
a
C
ai
D
avez
Slide 9 - Quiz
Nous ..... une voiture et un vélo
A
a
B
ont
C
avez
D
avons
Slide 10 - Quiz
Ils / Elles .... une grand-mère super!
A
avons
B
a
C
ont
D
avez
Slide 11 - Quiz
Vous ..... une grande chambre?
A
ai
B
avez
C
avons
D
as
Slide 12 - Quiz
La ville .... beaucoup de magasins
A
avons
B
a
C
est
D
ont
Slide 13 - Quiz
Jaques et Françoise .... trois pommes
A
ai
B
a
C
avons
D
ont
Slide 14 - Quiz
timer
1:30
Is het avoir of être?
Sleep de vervoegingen naar het juiste werkwoord.
avoir
être
ont
es
avons
ai
sommes
avez
suis
a
as
sont
êtes
est
Slide 15 - Question de remorquage
Slide 16 - Vidéo
5
Slide 17 - Vidéo
00:29
Welk getal hoorde je?
A
13
B
23
C
33
D
43
Slide 18 - Quiz
00:33
Welk getal hoorde je?
Schrijf het op in cijfers
Slide 19 - Question ouverte
00:38
Welk getal hoorde je?
A
12
B
22
C
32
D
42
Slide 20 - Quiz
00:42
Welk getal hoorde je?
Schrijf het op in cijfers
Slide 21 - Question ouverte
00:46
Welk getal hoorde je?
A
8
B
28
C
48
D
68
Slide 22 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
Het onregelmatige werkwoord 'avoir' (hebben)
Novembre 2023
- Leçon avec
16 diapositives
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
2V - révision avoir (présent)
Novembre 2023
- Leçon avec
17 diapositives
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
2H - avoir (présent)
Janvier 2022
- Leçon avec
18 diapositives
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Chapitre 1 - Le verbe avoir
Octobre 2022
- Leçon avec
26 diapositives
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Het onregelmatige werkwoord 'avoir' (hebben)
Septembre 2024
- Leçon avec
23 diapositives
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Verbes avoir, être, faire, aller, pouvoir, vouloir
Mars 2022
- Leçon avec
31 diapositives
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Herhaling Avoir 1 vwo havo
Novembre 2023
- Leçon avec
18 diapositives
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Avoir - liaison - '
Octobre 2022
- Leçon avec
17 diapositives
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1