Levend-dood-levenloos

Levend - dood - levenloos
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Levend - dood - levenloos

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

welkom
Ga rustig zitten
en pak je spullen       
een laptop per groep

Slide 3 - Diapositive

Programma
  • Huiswerk
  • Leerdoelen

  • Uitleg
  • Opdracht/werkvorm
  • Afsluiting
  • Tijd over? Aan de slag

Slide 4 - Diapositive

Huiswerk
- Lezen (lz.): Levend-dood-levenloos
- Maken (mk.): een begrippenlijst
Begrippenlijst?!?
Een begrippenlijst is een lijst met de definitie van de dikgedrukte woorden. 
Bij biologie is het heel belangrijk dat je de definitie van de dikgedrukte wooren kent om vragen te kunnen beantwoorden.

Slide 5 - Diapositive

Leerdoelen
  • Ik weet wat een begrip en wat een definitie is.
  • Ik kan de definitie geven van biologie.
  • Ik kan de definitie geven van een organisme.
  • Ik kan het verschil tussen levend, dood en levenloos uitleggen.


Slide 6 - Diapositive

Biologie

Slide 7 - Carte mentale

Biologie
Biologie is de leer van het leven

Biologie = het begrip
De leer van het leven = de definitie




Het woord ‘biologie’ is samengesteld uit de Griekse woorden bios en logos. Deze woorden staan voor: ‘leven’ en ‘wetenschap’ of ‘de leer van’.

Slide 8 - Diapositive

Wat hoort er bij biologie?
WEL
NIET

Slide 9 - Question de remorquage

Sleep de levenskenmerken die genoemd worden in de tekst naar het vak.
Het is woensdagavond. Op woensdagavond gaat Sem altijd tennissen. Hij is heel fanatiek en na een wedstrijd staat hij dan ook flink te hijgen. Als hij weer thuis is, drinkt hij altijd een lekker glas chocolademelk. Daarna kan hij altijd goed slapen.

Welke drie levensverschijnselen lees je in het stukje tekst over Sem?
Genoemde levenskenmerken
Ademhalen
Bewegen
Voortplanten
Uitscheiden
Voeden
Groeien
Waarnemen

Slide 10 - Question de remorquage

Een organisme
Als iets leeft, dan noemen we dat een levend wezen. De officiële naam is een organisme.

Dus: een organisme is een levend wezen.


Wat bedoelen we met leven? En wat is het tegenovergestelde van leven? Dood of levenloos? Is levenloos hetzelfde als dood?
Het wordt zo wel erg ingewikkeld. Daarom is er afgesproken door alle wetenschappers, dat elk begrip één betekenis krijgt. Afgesproken!?

Slide 11 - Diapositive

Levend - dood - levenloos
Iets is levend als het levensverschijnselen vertoont.

Iets is dood als het geen levensverschijnselen meer vertoont.

Iets is levenloos als het nooit levensverschijnselen heeft vertoond.

Slide 12 - Diapositive

Oefenen!
Bekijk de afbeelding/lees de vraag en geef het juiste antwoord.

Slide 13 - Diapositive


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 14 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 15 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 16 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 17 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 18 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 19 - Quiz

Organisatieniveaus
Biologen kijken op verschillende niveau's hoe organismen werken.

4 = organisme
Erboven zit:
= populatie
= ecosysteem
= biosfeer

Slide 20 - Diapositive

Organisatieniveaus
Biologen kijken op verschillende niveau's hoe organismen werken.

4 = organisme
Eronder zit:
5= orgaanstelsel
6= orgaan
7= weefsel
8= cel
9= celorganel
10= molecuul

Slide 21 - Diapositive

Organisatieniveaus
Misschien vind je dit lastig voor de stellen.
Daarom oefenen we met:
- Verrekijkers(organisme, populatie, ecosysteem)
- Blote oog (organisme, orgaanstelsel, orgaan)
- Microscoop (weefsel, cel)

Slide 22 - Diapositive

Geef de definitie van een organisme

Slide 23 - Question ouverte

Terugblik
Ik weet wat een begrip en wat een definitie is.
Ik kan de definitie geven van biologie.
Ik kan de definitie geven van een organisme.
Ik kan het verschil tussen levend, dood en levenloos uitleggen.

Slide 24 - Diapositive

Wat heb je onthouden deze les?

Slide 25 - Question ouverte

Leerdoelen check:
Ik weet wat een begrip en wat een definitie is.
Ik kan de definitie geven van biologie.
Ik kan de definitie geven van een organisme.
Ik kan het verschil tussen levend, dood en levenloos uitleggen.
A
Makkie!
B
Ik weet niet wat een begrip is.
C
Ik weet niet wat een definitie is.
D
Ik moet het even rustig nalezen.

Slide 26 - Quiz

Is de zin groei of ontwikkeling? Sleep de zinnen naar het juiste vak.
Groei
Ontwikkeling
Bij pasgeboren konijnen gaan de oogjes open 
De lichaamslengte van een kalfje wordt groter
Tanden en kiezen van honden worden gevormd.
Het gewicht van een kalfje neemt toe.
Bij jonge konijnen wordt vachthaar gemaakt.
In de uier van koeien ontstaan melkblaasjes

Slide 27 - Question de remorquage

Zet de stappen van de levenscyclus van een plant in de juiste volgorde
Zaad
Volwassenplant
Ontkieming
Bloei
Kiemplant
Levenscyclus

Slide 28 - Question de remorquage

Metamorfose is...
A
Verandering van de bouw van een organisme
B
Verandering van de levenswijze van een organisme
C
Verandering in de bouw en levenswijze van een organisme
D
Verandering van een organisme

Slide 29 - Quiz

Hier vindt metamorfose plaats
Imago
Cocon/Pop
Larve

Slide 30 - Question de remorquage

Leerdoel: levens-cyclus van de kikker
Vormt achterpoten
Ademen met huid en kieuwen
ademen huid en longen
kikkerdril
Vormt voorpoten

Slide 31 - Question de remorquage

Slide 32 - Vidéo

Ik vond deze les....
😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Sondage

aan de slag 
eeste 10 minuten in stilte lezen en werken.

lezen 1.2 en 1.3 
 
van beide 1 tm 7 maken 
dit is ook huiswerk voor volgende week 

Slide 34 - Diapositive