Leestekens 1a

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 1

Nederlands

Start les

Zit je op je eigen plek?

Is je mobiel uit het zicht?

Zijn je oortjes uit?

Hangt je jas aan de kapstok?

Zijn je pet en capuchon af?

Je bent stil bij start les.

Planning

10 minuten lezen

Nakijken huiswerk

Uitleg leestekens

Maken opdrachten

Doel

Je weet hoe je welke leestekens er zijn.

Je weet hoe je leestekens moet toepassen.

Pak je leesboek erbij!

Je gaat 10 minuten lezen.

 

Wanneer ook alweer hoofdletters?

deze zin is goed geschreven de volgende zin niet

Deze zin is goed geschreven. De volgende zin niet.

met pasen gaan we altijd een paasbrunch doen

Met Pasen gaan we altijd een paasbrunch doen.

Deze zin is goed geschreven. De volgende zin niet

Met Pasen gaan we altijd een paasbrunch doen.

HOOFDLETTERS

• Je begint iedere zin met een hoofdletter.
• Namen schrijf je ook met een hoofdletter.
• Merknamen schrijf je met een hoofdletter. 
• Feestdagen schrijf je met een hoofdletter.

• Namen van maanden, dagen van de week, windstreken en seizoenen schrijf je NIET met een hoofdletter.
  

Huiswerk

Pagina 228

Wie heeft er vragen over het huiswerk?
Nakijken, de antwoorden staan op het bord.

Doelen deze les

Je weet welke leestekens er zijn.

Je weet hoe je leestekens moet toepassen.

Afsluiting

Zijn er nog vragen?

Schrijfopdracht.

Volgende les

Gaan we aan de slag met de letters d en t aan het eind van een woord.

https://jeugdjournaal.nl/

Leestekens

Je eindigt een zin met een punt, een vraagteken of een uitroepteken:

- een punt komt na een gewone zin: Deejays treden vaak op onder een artiestennaam.

- een vraagteken zet je na een vraag: Wat is de artiestennaam van Martijn Garritsen?

- met een uitroepteken geef je een zin extra nadruk: Dat is niet te geloven!

Komma's

Een komma gebruik je onder meer:

- tussen twee persoonsvormen: Als je Eva ziet, doe haar dan de groeten.

- voor voegwoorden als als, doordat, maar, nadat, omdat, terwijl, want, zodat, zodra: In de winter staat de oldtimer binnen, zodat hij niet gaat roesten.

Na het woordje en gebruik je geen komma.

Hij gaat met Maria en Johanna en Pieter naar de Efteling en dan gaan ze daarna een ijsje eten.

Antwoorden

Hoewel hij ziek is, gaat hij toch naar school.

Als lieke naar huis loopt, praat zij de hele tijd.

Pak je boek!

Hij gaat niet slapen, ondanks dat hij moe is.

Mag ik nog even een boekje lezen?

De zon scheen, toen in naar huis fietste.

Je mocht nog geen snoepje pakken!

Schrijfopdracht

1. Bedenk waar je het liefst over droomt.

2. Schrijf een verhaal van je favoriete droom op.

Probeer ongeveer een tien zinnen te schrijven.

Let op je spelling en leestekens.

Volgende les lever je het in.

https://jeugdjournaal.nl/

Doelen deze les

Je weet welke leestekens er zijn.

Je weet hoe je leestekens moet toepassen.

Afsluiting

Zijn er nog vragen?

Schrijfopdracht.

Volgende les

Gaan we aan de slag met de letters d en t aan het eind van een woord.

Corrigeer deze zinnen

hoewel hij ziek is gaat hij toch naar school

als lieke naar huis loopt praat zij de hele tijd

pak je boek

hij gaat niet slapen ondanks hij moe is

mag ik nog even een boekje lezen

de zon scheen toen ik naar huis fietste

je mocht nog geen snoepje pakken