2.2 oplossen met inklemmen

• Wiskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Welkom Mavo 2A

Pak je leerboek + wiskundeschrift + werkboek + pen + potlood + rekenmachine

Afspraken

• Rustig binnenkomen en volgens de plattegrond zitten
• Pak direct je spullen op tafel, tas en telefoon weg. 
• Docent praten -> jij bent stil. 
• Vraag? Antwoord? Probleem? Vinger in de lucht. 

Programma

• Terugblik: 2.1 Oplossen met grafieken
• Theorie: paragraaf 2.2 oplossen met inklemmen
• Aan de slag
• Terugblik

§2.1 Met een grafiek	Behandeld
§2.2 Met inklemmen	Vandaag
§2.3 met de balansmethode	Dinsdag
Hoofdstuk 2 herhalen	Woensdag 5 oktober
SO Hoofdstuk 2	Donderdag 6 oktober

Les gemist?

Even herhalen!

Leerdoelen gisteren

 §2.1 oplossen met grafieken

... Ik kan een tabel invullen bij een formule

... Ik kan een grafiek tekenen bij een tabel

... Ik kan door het aflezen van de grafieken oplossingen vinden en vragen over de formule/grafiek beantwoorden

Huiswerk bespreken

Huiswerk nakijken

Leerdoelen vandaag

 §2.2 oplossen met inklemmen

... ik weet van inklemmen is

... ik kan oplossingen vinden door inklemmen te gebruiken

... ik weet hoe ik de manier van inklemmen netjes opschrijf

Introductie

Maak de opgave op blz 67.

Al eerder klaar? Lees de theorie op blz 68, kijk goed hoe je het op moet schrijven! Maak daarna opgave 26, 30, 31 en 32

Oumaima werkt in de supermarkt.

Bij haar salaris hoort de formule: 

Inkomsten in € = 10 + 3,5u. 

de u staat voor het aantal gewerkte uren. 

Stel: ze wilt 31 euro hebben om iets te  kopen. Hoeveel uur moet ze daarvoor werken?

Introductie

Bij oplossen met inklemmen zoek je naar de oplossing van een vergelijking door steeds een ander getal uit te proberen. 

Dit moet je wel netjes opschrijven in een tabel!

Theorie

Wat is een vergelijking?

Uitleg: 

Stel Oumaima kan haar inkomsten uitrekenen met de formule

Inkomsten in € = 10 + 3,5u. 

de u staat voor het aantal gewerkte uren. 

Ik wil weten hoeveel uur zij moet werken om 31 euro te verdienen.

Dan maak ik de vergelijking   10 + 3,5u = 31

Stappenplan:

1. Stel de vergelijking op

2. Maak een tabel. Formule linksboven, uitkomst rechtsboven.

3. Los de vergelijking op met inklemmen door verschillende getallen te proberen en deze in je tabel op te schrijven. 

4. Schrijf je conclusie op!

afspraak: minimaal 3 getallen uitproberen.

Theorie

1. Stel de vergelijking op

2. Maak een tabel. Formule linksboven, uitkomst rechtsboven.

3. Los de vergelijking op met inklemmen door verschillende getallen te proberen en deze in je tabel op te schrijven. 

4. Schrijf je conclusie op!

afspraak: minimaal 3 getallen uitproberen.

Samen oefenen

Nakijken

Samen oefenen

Stappenplan inklemmen

1. Stel de vergelijking op

2. Maak een tabel. Formule linksboven, uitkomst rechtsboven.

3. Los de vergelijking op met inklemmen door verschillende getallen te proberen en deze in je tabel op te schrijven.

4. Schrijf je conclusie op!

afspraak: minimaal 3 getallen uitproberen.

Nakijken

opgave 30, 31 en 32

Vanaf blz 70

Aan de slag/ huiswerk

Huiswerk dinsdag lesuur 2

Maken: opgave opgave 30, 31 en 32 paragraaf 2.2 vanaf blz 70. Maak steeds een nieuwe tabel! 

Moeilijk? Kijk dan: 

youtu.be/lHhelqalFvE & youtu.be/SGzmN1D05wc

!Let op: donderdag 6 oktober SO hoofdstuk 2.1 t/m 2.3!

Doen: tot en met zondag de tijd om 30 minuten te smartrekenen.  

Meenemen: geodriehoek, rekenmachine, potlood, pen, leerboek en werkboek.

Leerdoelencheck

 §2.2 oplossen met inklemmen

... ik weet van inklemmen is

... ik kan oplossingen vinden door inklemmen te gebruiken

... ik weet hoe ik de manier van inklemmen netjes opschrijf

Wat is hieronder een vergelijking?

1. 5p + 3 = 18
2. 5 x 3 + 9
3. 18

als je gaat Inklemmen dan:

1. maak je eerst een tabel en dan gok je tot je de oplossing hebt
2. teken je een grafiek en zoek het snijpunt

Hoeveel waardes moet je minstens berekenen in je inklemtabel?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Los de volgende vergelijking op met inklemmen:
10 + 2b = 60

1. b = 5
2. b = 30
3. b = 10
4. b = 25

Smartrekenen

Iedere week smartrekenen doen we om beter te worden in rekenen.

Je krijgt geen toets van smartrekenen in de toetsweek.

Er zijn wel voortgangstoetsen (diatoetsen en cito vas toetsen)

Met die toetsen wordt gekeken of:

• Je extra hulp nodig hebt voor rekenen (of andere onderdelenen zoals Nederlands en Engels) zodat het beter gaat en je over kan naar mavo 2
  
• Je op mavoniveau zit
  
• Je misschien wel op havoniveau zit.

Door iedere week te Smartrekenen (en Numo Engels en Nederlands te doen) zorg je ervoor dat de voortgangstoetsen goed gaan!

Sommige leerlingen staan niet in klas zm2a. Dan moet je jezelf in de goede klas zetten! Ga naar smartrekenen. Klik rechtsboven op je naam. Klik op profiel. Scroll naar beneden.  Voer bij klascode 23006556296 in en klik op opslaan. 

Smartrekenen

Staat je naam er niet tussen? Dan moet je nog inloggen of jezelf in de juiste klas plaatsen!

Filmpjes met uitleg 2.2

Bijzondere driehoeken

• Rechthoekige driehoek.
  
• 1 hoek is 90 graden

• Gelijkzijdige driehoek.
  
• 3 zijdes even groot
• dus 3 hoeken even groot

• Gelijkbenige driehoek.
  
• 2 zijdes even groot
• dus 2 hoeken even groot (de uiteinden van de benen)

Huiswerk bespreken