Les 3 & 4 Sprookje en spelling v1e

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1,2

Les 3 Sprookje & spelling

Nederlands

Periode 1

Aan het einde van deze les...

... begrijp je de regels voor de spelling van meervoudsvormen (znw).

....kun je deze regels gebruiken voor jouw eigen sprookje (en andere verhalen).

Wat gaan we doen?

1. Theorie: meervoudsvormen znw (uit Op Niveau, blz. 137)

2. Aan de slag! Opdracht 4, blz. 136 uit Op Niveau.

3. Antwoorden bespreken.

4. Quizvragen!

5. Tot slot: sprookje kijken.

Open het boek Op Niveau (pdf)

Ga naar blz. 137. Lees de theorie voor jezelf door.

Tijd: 5 minuten.

Praten: nee, in stilte.

Daarna: vragen stellen. Lastige theorie doornemen.

Aan de slag!

Wat?            Lees blz. 136 en maak opdracht 4 .
Hoe?            Op jouw laptop (Word).
Alleen?        Ja, voor jezelf.
Praten?        Nee.
Tijd?            5 minuten.
Daarna?      Bespreken goede antwoorden. In het groen   aantekeningen maken.

Antwoorden opdracht 4

• 1    engelen

• 2    cafés

• 3    knieën

• 4    steden

• 5    abonnees

Antwoorden opdracht 4 (vervolg)

6    monniken
7    baby’s
8    cadeaus
9    diëten
10    aardappelen, aardappels
11    runderen
12    ziekten, ziektes

Hoe spel je het meervoud van 'oma'?

1. Omaas
2. oma's
3. oma
4. omi

Hoe spel je het meervoud van 'stad'?

1. Stadden
2. stads
3. stede
4. steden

Hoe spel je het meervoud van 'vee'?

1. Veeën
2. vees
3. vee
4. Veën

Hoe spel je het meervoud van 'fee'?

1. Feeën
2. Fees
3. feën
4. fee

Les 4 Sprookje & spelling

Nederlands

Periode 1

Wat gaan we doen?

1.  Herhalen meervoudsvormen (znw) +

      uitleg toetsenbord leestekens                                   10 min

2. Quivragen: meervoudsvormen znw                          10 min

3. Sprookje kijken                                                                    10 min

4. Boek Wonder uitdelen: lezen                                        15 min

Verdieping (vwo):

Voor woorden die eindigen op een -e met een accent aigu is de apostrof niet nodig: in cafés en satés zorgt het accent aigu ervoor dat deze meervouden goed worden uitgesproken.

We maken de quizvragen op slides 16 t/m 21.

Hoe spel je het meervoud van 'politicus'?

1. Politica
2. Politici
3. Politicus

Hoe spel je het meervoud van museum?

1. Museum
2. Museums of musea (mag allebei)
3. Museums
4. Musea

Hoe spel je het meervoud van 'datum'?

1. Dati
2. Datumsen
3. Data
4. Datums

Hoe spel je het meervoud van 'cliché'?

1. cliché's
2. clichees
3. cliches
4. clichés

Ik begrijp alle regels voor de meervoudsvormen (znw) goed.

1. Ja
2. Nee
3. Een beetje

Ik weet waarom ik bij het meervoud van woorden zoals 'oma' een apostrof moet schrijven.

1. Ja, dat begrijp ik.
2. Nee, geen idee.

Fictie Vrijdag

- Iedere vrijdag fictie (literatuur).

- Iedere les boek Wonder meenemen (10 min lezen).

- Voorlopig in kluisje laten liggen.

Einde van de les

Volgende keer: spoonerisme en verder oefenen met meervoudsvormen (znw).