wk 20: les 1 - Leesvaardigheid

Dinsdag 16 mei - 2GT1
  • 10 minuten stillezen
  • Terugblik leesvaardigheid
  • Tekst 'Waarom we in Nederland nu rechts rijden'
  • Aan de slag!




















timer
10:00
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Dinsdag 16 mei - 2GT1
  • 10 minuten stillezen
  • Terugblik leesvaardigheid
  • Tekst 'Waarom we in Nederland nu rechts rijden'
  • Aan de slag!




















timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Periode 4
Toetsweektoets (start 14 juni)
Toetsstof: H17, 18, 19, 32, 33, 34
Herhaling: H2, 3, 4

Leesvaardigheidstoets
Leesvaardigheid: 2, 3, 4, 17, 18, 19, 32, 33, 34

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Lien

Waarom we in Nederland nu rechts rijden


De tekst staat ook op Classroom

Slide 4 - Diapositive

Wat is het tekstdoel?
A
beschouwen
B
overtuigen
C
informeren
D
amuseren

Slide 5 - Quiz

Wat is het onderwerp?

Let op: het onderwerp noteer je in een of enkele woorden.

Slide 6 - Question ouverte

In die tijd reed bijna iedereen aan de linkerkant van de weg omdat dat de meest vanzelfsprekende keuze was in gewelddadige tijden, zo meldt website worldstandards.eu. (alinea 2)

Welke twee signaalwoorden zie je hier?

Slide 7 - Question ouverte

In die tijd reed bijna iedereen aan de linkerkant van de weg omdat dat de meest vanzelfsprekende keuze was in gewelddadige tijden, zo meldt website worldstandards.eu.

Bij welk verband horen ze?
A
omdat=redengevend
B
omdat=tegenstelling
C
zo=opsomming
D
zo=voorbeeld

Slide 8 - Quiz

Noteer een hoofdzaak uit alinea 3.

Slide 9 - Question ouverte

Noteer een bijzaak uit alinea 3.

Slide 10 - Question ouverte

Bevat deze tekst vooral feiten of meningen?
A
feiten
B
meningen

Slide 11 - Quiz

Citeer een zin die een feit bevat.

Slide 12 - Question ouverte

Noteer de hoofdzaak van alinea 5.

Slide 13 - Question ouverte

Waar verwijst het woord ‘Dat’ (alinea 7) naar?

Slide 14 - Question ouverte

Wat betekent ‘arbitrair’ (alinea 9)?

Slide 15 - Question ouverte

Noteer een hoofdzaak uit alinea 9.

Slide 16 - Question ouverte

Noteer een bijzaak uit alinea 9.

Slide 17 - Question ouverte

Bevat deze tekst een slot?
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quiz

Bevat deze tekst een slot? Leg je antwoord uit.

Slide 19 - Question ouverte

Vat de tekst samen. Gebruik maximaal 150 woorden.

Slide 20 - Question ouverte

Formuleer nu zelf een hoofdgedachte

(een samenvatting van de tekst in één zin)

Slide 21 - Question ouverte

Klaar?
Leer de moeilijke woorden in Drillster van H32, 33 en 34.

Slide 22 - Diapositive