H1 Formuleren - Correct begrenzen van zinnen

H1 Formuleren - zinnen correct begrenzen
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, havoLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

H1 Formuleren - zinnen correct begrenzen

Slide 1 - Diapositive

- Je leert over zinnen correct begrenzen.
- Videofragment: uitleg zinnen begrenzen
- Theorie: zinnen begrenzen (herhaling videofragment)
Nederlands H1 Formuleren blz. 32-33
Hoe ging het? 

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Theorie
Hieronder volgt de theorie nog eens uitgebreid uitgelegd.

Slide 4 - Diapositive

Zinnen
Zinnen beginnen met een hoofdletter en eindigen met een punt/vraagteken/uitroepteken.
In samengestelde zinnen worden de zinnen meestal van elkaar gescheiden door een komma, een puntkomma of een dubbele punt.

Slide 5 - Diapositive

zinnen: komma
De komma is een leesteken dat wordt gebruikt als scheidingsteken tussen delen van een zin. Tussen twee persoonsvormen wordt een komma geplaatst of voor het voegwoord tussen de twee zinnen.

Vb. Wereldrecords kunnen niet steeds opnieuw verbroken worden, want er zit een grens aan de mogelijkheden van het menselijk lichaam.

Slide 6 - Diapositive

zinnen: puntkomma
Net als de punt sluit de puntkomma een mededeling af, maar tegelijkertijd maakt hij duidelijk dat er een directe band is met de volgende mededeling.

Vb. We hebben een mooie zomer gehad; vooral augustus was heerlijk zonnig.

Slide 7 - Diapositive

zinnen: dubbele punt
Een dubbele punt gebruiken we vóór een opsomming, een citaat, een verklaring, aankondiging, omschrijving, toelichting, conclusie of gedachte.
Het eerste woord na de dubbele punt krijgt meestal geen hoofdletter (tenzij het een hoofdletterwoord is, zoals een naam). Na de dubbele punt schrijf je wel een hoofdletter als er een volledige zin geciteerd wordt.
Vb.  De minister heeft gezegd: "Hier is geen geld meer voor."

Slide 8 - Diapositive

Begrenzen van zinnen
Dit kan op 2 manieren fout gaan:
1) Een bijzin die zinsdeel is in een samengestelde zin, wordt als losse zin geschreven. Dit is grammaticaal niet correct.

Vb. Veel menen vinden het moeilijk om nee te zeggen. Omdat ze bang zijn een ander te kwetsen.

Slide 9 - Diapositive

Begrenzen van zinnen
Dit kan op 2 manieren fout gaan:
2) Twee zelfstandige zinnen (hoofdzinnen) worden ten onrechte samengevoegd.
Ook dit is grammaticaal niet correct.
Vb. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden verschillende landen door Duitsland bezet, hier kwamen veel mensen tegen in opstand.

Slide 10 - Diapositive

Welke uitspraak klopt over zinnen begrenzen?
(H1 blz. 32 § Formuleren)
A
Zet achter elke zin een punt, uitroepteken of een vraagteken. Plaats een komma tussen persoonsvormen.
B
Zet een punt voor verbindingswoorden, als doordat, want en zodra
C
Maak heel lange zinnen
D
Plaats NOOIT een komma tussen persoonsvormen

Slide 11 - Quiz

Wij gaan zondag naar familie. Daarom bak ik nu een taart.
A
zinnen foutief begrenzen
B
foutieve samentrekking
C
dat/als-constructie
D
goed

Slide 12 - Quiz

Maken
Maak opdracht 1-2-3-4

blz. 32-33

Slide 13 - Diapositive

Extra korte oefening
Quizlet
https://quizlet.com/michelleclarke123/folders/havo-3?i=2nayvn&x=1xqt

Slide 14 - Diapositive

Extra korte oefening
Cambiumned
https://www.cambiumned.nl/stijl/formuleren/

Slide 15 - Diapositive