Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
3.1 Hoe betaal je?
Lesdoelen:
Ik kan uitleggen wat het verschil is tussen directe ruil en indirecte ruil
Ik kan uitleggen welke geldfuncties er zijn
Ik kan uitleggen hoe je het saldo op je bankrekening controleert
Ik kan uitleggen welke manieren van betalen er zijn
Slide 2 - Diapositive
Waarom denken jullie dat geld bestaat?
Slide 3 - Question ouverte
Functies van geld
Ruilmiddel
Rekenmiddel
Spaarmiddel
Slide 4 - Diapositive
Verschil directe & indirecte ruil
Slide 5 - Diapositive
Ruilmiddel
Spaarmiddel
Rekenmiddel
Slide 6 - Question de remorquage
Noem een voorbeeld van een directe ruil.
Slide 7 - Question ouverte
Elektronisch betalen
Het geld gaat via jouw rekening naar de rekening van iemand anders.
Voorbeeld:
- internetbankieren
- webwinkel (Ideal, creditcard)
- betaalautomaat (pinpas)
Slide 8 - Diapositive
Creditcard
boven de 18 jaar
geld voorschieten
eind van de maand terug betalen
rente
Slide 9 - Diapositive
Banksaldo berekenen
Slide 10 - Diapositive
Nieuw saldo berekenen: Pieter heeft € 500,- op zijn bank staan op 1 januari Op 4 januari koopt hij een tafel van € 250,- Op 20 januari krijgt hij € 300,- loon. Hoeveel euro heeft Pieter op 31 januari op zijn bank staan?
Slide 11 - Question ouverte
Nieuw saldo = oud saldo + ontvangsten - uitgaven
€ 100
Creditsaldo
- € 100
Debetsaldo
Slide 12 - Diapositive
Dus wat voor saldo heeft Pieter op zijn bank staan?