Evaluatieles betoog

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 2

Evaluatie oefenbetoog

Doel van de les

• je begrijpt hoe een betoog eruit moet zien
• je begrijpt op welke onderdelen een betoog wordt nagekeken. 
• je kunt kritisch naar je eigen werk en dat van een ander kijken. 

Ik heb het oefenbetoog geschreven.

ja

nee

Ik vond het schrijven van het betoog makkelijk.

0100

Ik verwacht dat ik het volgende onderdeel goed heb gedaan:

1. inleiding
2. argumentatie
3. taalverzorging
4. slot

Ik verwacht dat ik het volgende onderdeel niet zo goed heb gedaan:

1. inleiding
2. argumentatie
3. taalverzorging
4. slot

Wat heb je geleerd door dit oefenbetoog te schrijven?

Bekijk het volgende filmpje

Wat is belangrijk bij het schrijven van een betoog?

Wat vind jij de beste tip van de vorige twee slides?

Inleiding	- onderwerp introduceren - aandacht lezer trekken - benoemen stelling en standpunt
Kernalinea 1	Argument 1 uitwerken 'ten eerste', 'allereerst'
Kernalinea 2	Argument 2 uitwerken 'ten tweede', 'daarnaast', 'bovendien'
Kernalinea 3 (eventueel verdeel je deze zaken over twee alinea's	Tegenargument uitwerken en direct weerleggen door goede ontkrachting
Slot	Conclusie geven 'dus', 'kortom'

Opbouw betoog

kies een partner uit

Jullie gaan elkaars werk beoordelen. Dat doe je in een 'room' op Teams. 

Lees het betoog goed door en
maak aantekeningen.

• ga op zoek naar spelfouten en zinsfouten;
• zijn alle leestekens juist gebruikt?;
• zijn er alinea's gebruikt?;
• is er een correcte titel?;

• begrijp je wat de stelling is?;
• zijn de argumenten geschreven volgens het AUB-schema?;
• hoe ziet het slot eruit?; 

Ik werk samen met:

Het betoog bevat een passende titel

ja

nee

ik twijfel

De inleiding bevat: de stelling én het standpunt én manier om belangstelling te wekken.

Tekst

alledrie de onderdelen zijn voldoende

twee van de onderdelen zijn voldoende

één van de onderdelen is voldoende

geen van de onderdelen is voldoende

Het eerste argument is duidelijk en logisch én bevat het AUB-principe

ja

nee

matig

ik twijfel

Het tweede argument is duidelijk en logisch én bevat het AUB-principe

ja

nee

matig

ik twijfel

Het betoog bevat een tegenargument.

ja

nee

matig

ik twijfel

Het betoog bevat een ontkrachting dat het AUB-schema bevat.

ja

nee

matig

ik twijfel

Het slot bevat een conclusie en een samenvatting

ja

nee

matig

ik twijfel

Elke alinea (m.u.v. de eerste) begint met een signaalwoord.

ja

nee

matig

ik twijfel

Welke student moet zijn of haar betoog voorlezen? 

Meer oefenen?

• Leerwerkboek deel B - Hoofdstuk 1 - Schrijven
• Oefenen met grammatica of stijl: ViaStarttaal Online - 3F - Stijl / Woordenschat / Spelling (naar eigen keus)