TH1 NOVA 5.4

Elektriciteit
1 / 12
suivant
Slide 1: Carte mentale
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Elektriciteit

Slide 1 - Carte mentale

Vandaag
  1. Vermogen
  2. Vermogen berekenen
  3. Vermogen vs tijd
  4. Opdrachten

Slide 2 - Diapositive

1 Vermogen

Het vermogen geeft aan hoeveel elektrische energie een apparaat per seconde gebruikt.

Slide 3 - Diapositive

1 Vermogen

Vermogen hangt af van:

  1. De spannig waarop het apparaat werkt
  2. De stroomsterkte door het apparaat


Slide 4 - Diapositive

2 Vermogen bereken

P = U X I

Vermogen = spanning x stroomsterkte


P = Vermogen in Watt

U = Spanning in Volt

I = Stroomsterkte in Ampere


Slide 5 - Diapositive

3. vermogen vs tijd
Capaciteit(hoeveelheid electrische energie) van de batterij samen met het vermogen van het apparaat bepalen samen hoelang je een oplaadbaar apparaat kan gebruiken

Slide 6 - Diapositive

4. Opdrachten

Maak de opdrachten

van hoofdstuk 4.4 

Slide 7 - Diapositive

Vermogen

Slide 8 - Carte mentale

Wat betekent de letter P?
A
Spanning
B
Stroomsterkte
C
Weerstand
D
Vermogen

Slide 9 - Quiz

Wat is Watt?
A
Grootheid
B
Anders....
C
Stroomkracht
D
Vermogen

Slide 10 - Quiz

Van welke factoren hangt het vermogen van een elektrisch apparaat af?
A
Stroomsterkte en tijd
B
Vermogen en spanning
C
Spanning en tijd
D
Spanning en stroomsterkte

Slide 11 - Quiz

Een oplader geeft een spanning van 5 V en een stroomsterkte van 0,7 A. Wat is het vermogen van de adaptor?

Slide 12 - Question ouverte