herhalingsles tot nu toe

hallo 
top dat je weer bezig gaat met natuur
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

hallo 
top dat je weer bezig gaat met natuur

Slide 1 - Diapositive

wat ga je vandaag doen?
je gaat vandaag met behulp van oefenvragen de lesstof herhalen die we tot nu toe over stevigheid hebben gehad.

Slide 2 - Diapositive

4.1 het skelet 
het skelet of geraamte.
bestaat uit botten die noemen we beenderen?
wat is het skelet? 

waarom hebben we een skelet?

wat doet het skelet?

Slide 3 - Diapositive

delen van je lichaam
je lichaam bestaat uit 3 delen
een hoofd
een romp
en de ledematen

Slide 4 - Diapositive

Wat is geen functie van het skelet?
A
Stevigheid
B
Bescherming tegen bacteriën
C
Maken van rode bloedcellen
D
Zorgen voor de vorm van het lichaam

Slide 5 - Quiz

Welke functie van het skelet wordt hier omschreven: Zonder skelet zou je in elkaar zakken.
A
Stevigheid
B
Vorm
C
Beschermen
D
Bewegen

Slide 6 - Quiz

Wat zijn de functies van het skelet?
A
stevigheid en vorm
B
stevigheid, vorm en bescherming
C
stevigheid, vorm, bescherming en beweging
D
stevigheid, vorm, bescherming, beweging en stilstaan

Slide 7 - Quiz

Welk bot is het bot dat roodgekleurd is?
A
Ellepijp
B
Opperarmbeen
C
Dijbeen
D
Spaakbeen

Slide 8 - Quiz


Een van de veelvoorkomende blessures aan je botten zijn botbreuken. Je ziet hier een botbreuk bij een wielrenner. Welk bot is hier gebroken?
A
Opperarmbeen
B
Sleutelbeen
C
Schouderblad
D
Rib

Slide 9 - Quiz

4.2 waarom zijn botten stevig?
dat komt door kalk en lijm
kalk is hard 
lijm is flexibel
kalk en lijm samen vormen je botten

Slide 10 - Diapositive

buigbare botten
baby's hebben buigbare botten. dit komt door
dat er (nog) niet veel kalk in je botten zit maar wel
lijmstof. 

als je ouder wordt krijg je meer kalk in je botten en minder lijm. hierdoor worden je botten harder.

Slide 11 - Diapositive

zachte botten
nu nog heb jij een paar zachte botten voel maar eens aan je oor. je neus heeft ook een zacht bot.

we noemen dit kraakbeen. kraakbeen is bot waar veel lijmstof in zit en weinig kalk.

Slide 12 - Diapositive

breekbare botten
opa's en oma's breken sneller botten dan jij, hoe kan dat?
hoe ouder je wordt hoe minder lijmstof en hoe meer kalk er in je botten zit. hierdoor zijn de botten erg breekbaar.

Slide 13 - Diapositive

Hoe komt het dat het skelet van baby nog zo flexibel is?
Het skelet bestaat voornamelijk uit
A
Kraakbeenweefsel
B
Botweefsel

Slide 14 - Quiz

De botten van een bejaarde hebben meer kalk dan de botten van een baby.
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quiz

Het skelet bestaat uit botten. Een ander woord voor botten is
A
Ruggengraat
B
Beenderen
C
Benen
D
Schedel

Slide 16 - Quiz

als deze stof uit het bot verdwijnt, dan wordt het bot veel te buigzaam
A
kalk
B
lijmstof
C
water
D
bloed

Slide 17 - Quiz

gewerichten
hiernaast zie je een schematische tekening van gewricht. hij bestaat uit de botten de ene staat bol en de andere hol.

Slide 18 - Diapositive

gewrichten
tussen de botten zit een laagje kraakbeen en gewrichtssmeer. dit zit daar zodat de botten soepel over elkaar heen glijden.

anders zou het net voelen alsof tanden over elkaar heen knarsen

Slide 19 - Diapositive

gewerichten
en dan heb je nog de gewrichtskapsels deze zijn om de botten bij elkaar te houden

Slide 20 - Diapositive

Gewricht: welk nummer geeft de gewrichtskogel aan?
A
nummer 1
B
nummer 3
C
nummer 5
D
nummer 6

Slide 21 - Quiz

zoutzuur verwijdert het kalk uit het bot. Het bot is dan ....?
A
breekbaar
B
buigzaam

Slide 22 - Quiz

Zorgen de kraakbeenlaagjes in een gewricht ervoor dat de gewrichtskogel in de gewrichtskom blijft zitten?
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quiz

Gewrichtssmeer zorgt ervoor dat de gewrichtskogel in de gewrichtskom blijft zitten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quiz

Gewricht: welk nummer geeft de gewrichtskapsel aan?
A
nummer 2
B
nummer 4
C
nummer 5
D
nummer 6

Slide 25 - Quiz

In een gewricht zit gewrichtssmeer.
A
goed
B
fout

Slide 26 - Quiz

In de gewrichtskom en op de gewrichtsknobbel zit een dun laagje
A
spieren
B
zenuwen
C
kraakbeen

Slide 27 - Quiz