M5 T3 L1 Vragen over vrijheid

• Wiskunde
• Secundair onderwijs

M5 T3 L1 Vragen over vrijheid

Hoe noem je dit?

1. Tabel
2. Grafiek

Welke soort grafiek is dit?

1. enkelvoudige staafdiagram
2. lijngrafiek
3. cirkeldiagram
4. Meervoudig staafdiagram

Bekijk grafiek 1.
In deze grafiek geven poppetjes
de gemiddelde lengtes weer.
Wat voor soort grafiek is dit eigenlijk?

1. staafgrafiek
2. lijngrafiek
3. cirkelgrafiek

Het Nederlandse poppetje is twee koppen
groter dan het Amerikaanse poppetje.
Wat zie je nog meer, als je naar de lengte
van de poppetjes in de grafiek kijkt?
Welke uitspraak klopt?

1. Het Nederlandse poppetje is meer dan drie keer zo groot als het Filipijnse poppetje.
2. Het Canadese poppetje is groter dan het poppetje uit het Verenigd Koninkrijk.
3. Het been van het Nederlandse poppetje is bijna net zo lang als het Filipijnse poppetje.
4. Het Filipijnse en Indiase poppetje zijn samen net zo lang als het poppetje van de Verenigde Staten.

Er werden 1680 jongeren gevraagd of ze te veel vrijheid hebben. 10% zegt 'ja'.

Hoeveel jongeren antwoordden 'nee'?

Er werden 1680 jongeren gevraagd of ze te veel vrijheid hebben. 10% zegt 'ja'.

Over hoeveel jongeren hebben we het?

Welke stelling is juist?

1. Minder dan de helft vindt dat er te veel vrijheid is.
2. Meer dan driekwart van de ondervraagden is het niet eens met de stelling.

De grafiek laat de gemiddelde groei zien van 4- tot 9-jarigen. 

Willem is 8 jaar en 140 cm lang.  Wat geldt voor Willem?

1. Willem is groter dan gemiddeld.
2. Willem is kleiner dan gemiddeld.

15 - Domein: verbanden (keuzedia)

Welke voorspelling klopt volgens de grafiek?
(er kunnen meerdere antwoorden goed zijn)

1. Het aantal mensen op de wereld zal blijven stijgen.
2. De groei van het aantal mensen op de wereld zal waarschijnlijk afnemen.
3. Het aantal mensen op de wereld kan in 2100 twee keer zo groot zijn als nu.
4. Het aantal mensen op de wereld kan in 2100 met 1 biljoen zijn toegenomen.

Deze grafiek toont het maandelijkse
aantal bezoekers aan de website van
meester Collin. Ongeveer hoeveel %
van al deze bezoekjes vond plaats in
de november?

1. 32%
2. 49%
3. 25%
4. 40%

Welke conclusie kun je trekken
uit deze grafiek?

1. De meeste mensen willen niet extra betalen voor een betere verpakking.
2. Ongeveer 4/10 deel van de mensen wil maximaal 10 cent bijbetalen.
3. 10% van de mensen wil hooguit 40 cent bijbetalen.
4. Iedereen wil bijbetalen, als de verpakking daardoor beter open gaat.

Op welke dag was het verschil tussen de minimum- en maximumtemperatuur het grootst?

1. maandag
2. dinsdag
3. vrijdag
4. zaterdag

34 - Domein: verbanden (antwoorddia)
Bij een 2A opdracht mag je alleen een staafdiagram gebruiken als de leerlingen de waarden kunnen aflezen als punten op de grafiek die samenvallen met de rasterlijnen in de schaalverdeling.

In deze grafiek zie je het aantal toeristen in een stad.
Wat is ongeveer het verschil tussen de rustigste en de drukste maand?

1. 35.000
2. 40.000
3. 30.000
4. 45.000

werkboek p 2 - 6