5.2 Wat wordt de prijs?

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

5.2 Wat wordt de prijs?

Vorige leerdoelen

Na afloop van deze les ken/kan ik ...

1. ... het verschil uitleggen tussen automatisering en mechanisatie
2. ... uitleggen wat het verschil is tussen kapitaal- en arbeidsintensief
3. ... de verschillende productiefactoren benoemen

Nakijken 5.2

Leerdoelen

Na deze les: 

1. Je kunt uitleggen waar de brutowinstopslag voor is.
2. Je kunt de verkoopprijs berekenen.
3. Je kunt de consumentenprijs berekenen.
4. Je kunt vanuit de consumentenprijs het btw-bedrag berekenen.

Mechanisatie en automatisering

• Mechanisatie = machines nemen de spierkracht van mensen over
• Automatisering = machines nemen het denkwerk van mensen over

Wat is de inkoopprijs?

1. De prijs waarvoor een bedrijf goederen inkoopt
2. De prijs waarvoor een bedrijf goederen verkoopt
3. De prijs die we betalen om goederen te exporteren
4. De prijs die je betaalt in de winkel

Inkoopprijs

Voordat je goederen kunt verkopen, moet je ze eerst zelf inkopen.

Dit gebeurt meestal bij een groothandel.

De prijs die jij als winkelier voor de producten betaald, is de inkoopprijs

Brutowinstmarge is het verschil tussen inkoop en verkoopprijs?

1. juist
2. niet juist

Wat is een andere naam voor brutowinstmarge

1. Verkoop
2. Brutowinstopslag
3. Omzet
4. Afzet

Brutowinstopslag 

Het bedrag dat jij bij de inkoopprijs optelt zodat je de tafel voor meer geld verkoopt, noem je de brutowinstopslag.

Meestal noteren we de brutowinstopslag als een percentage van de inkoopprijs.

Verkoopprijs = inkoopprijs + brutowinstopslag

inkoop

verkoop

• Inkoopprijs €0,80 per muffin

Inkoopprijs:

de prijs die je als winkelier voor de producten betaalt

• Verkoopprijs €1,20 per muffin

Verkoopprijs:

de prijs die je als winkelier berekent voor je product (aan de consument)

• Brutowinst €0,40

• inkoopprijs
• brutowinstopslag+
• verkoopprijs

• € 0,80
• € 0,40  +
• € 1,20

BTW

Als je producten in de winkel gaat verkopen dan moet je BTW rekenen

21% : Normaal tarief

9%: Verlaagd tarief (eten en drinken)

Consumentenprijs

Consumentenprijs = Verkoopprijs + Btw 

• De  verkoopprijs was € 1,20.
• Het gaat om eten, dus 9%
• 1,20 : 100 x 109 = 1,31

Dus......

Inkoopprijs + brutowinstopslag = verkoopprijs

Verkoopprijs + btw = consumentenprijs

Samen doen opdracht 12

• De inkoopprijs is € 8
• De brutowinstopslag is 75%
• De btw is 21% 
• Bereken de consumentenprijs
• 
  
• 1) 8 : 100 x 75 = 6
• 2) verkoopprijs = 8 + 6 = 14
• 3) 14 : 100 x 121 = 16,94

De inkoopprijs van de muffin was 0,80 euro. De brutowinstopslag is 35%. Wat wordt de verkoopprijs?

Je hebt een eigen meubelzaak. Je koopt een eettafel in voor €800.
Omdat je geld wil verdienen aan de spullen die je verkoopt, zet je 40% winstmarge erop. Wat is de verkoopprijs?

Je hebt een eigen meubelzaak. Je koopt een eettafel in voor €800.
Omdat je geld wil verdienen aan de spullen die je verkoopt, zet je 40% winstmarge erop. Hoeveel euro is dat?

Omzet & afzet

Afzet:

• het aantal producten dat je verkoopt
• bijvoorbeeld: 14 muffins

Omzet:

• het totale bedrag dat een bedrijf ontvangt door de verkoop van producten
• (de inhoud van de kassa!!)

Omzet

Omzet:

• je hebt 14 muffins verkocht
• ze kosten € 1,20 per stuk
• wat is je omzet?
• 14 x 1,20 = € 16,80

omzet =  afzet  x  verkoopprijs

Wat is omzet?

1. Afzet x inkoopprijs
2. Inkoopprijs x verkoopprijs
3. Afzet x verkoopprijs
4. Afzet : verkoopprijs

Ik heb 300 broodjes verkocht van 2,95. Wat is mijn omzet?

Ik heb 10 broodjes verkocht voor in totaal 30 euro. Wat is de verkoopprijs per broodje?

Zelfstandig aan het werk 

Opdracht: 

Maak nu zelfstandig opgave 2 t/m 11 op blz 134 t/m 137. Je mag overleggen

Schrijf de volledige antwoorden in je boek, inclusief formule!

Hulp nodig? In deze volgorde: 

1. Boek

2. Klasgenoot

3. Docent

Je krijgt 15 minuten de tijd

Klaar? 

Controleren door docent

Welke nieuwe begrippen heb je deze les geleerd?

Volgende keer....

Paragraaf 5.3