2KB2

WELKOM
3 Kader
Welkom 2KB2

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

WELKOM
3 Kader
Welkom 2KB2

Slide 1 - Diapositive

Afspraken
  • Mobiel in de bak.
  • Als de docent praat, luisteren we.
  • Als we iets willen zeggen of antwoord geven, steken we onze hand op.
  • We luisteren als een medeleerling een vraag stelt.
  • We doen mee in de les.
  • We maken ons huiswerk.

Slide 2 - Diapositive

Programma van de les 2KB2 19 mei
Programma:

  • Aanwezigheid
  • Woordbetekenissen in de tekst vinden
  • UItleg meervouden
  • Aan de slag
Lesdoel:

Ik kan de betekenis van onbekende woorden vinden.
Meervouden goed spellen 

Slide 3 - Diapositive

Allereerst...
Is iedereen aanwezig?

Slide 4 - Diapositive

Lesdoel:
Ik kan de betekenis 
van een onbekend woord 
in de tekst vinden

Slide 5 - Diapositive

Instructie

Slide 6 - Diapositive

Hoofdstuk 6 Taalverzorging Spelling
Over meervouden op -s, -en en -ën

Slide 7 - Diapositive

Woordenbetekenissen vinden
Je hebt geleerd dat er een aantal manieren is om de betekenis van een onbekend woord in een tekst te zoeken:

  1. Zoek in de tekst naar een synoniem.
  2. Zoek in de tekst naar de betekenis.
  3. Zoek in de tekst naar een voorbeeld.
  4. Zoek in de tekst een tegenstelling.
  5. Zoek in het woord dat je niet kent een bekend woorddeel. Let op voor- en achtervoegsels.
  6. Zoek (een deel van) het woord in het woordenboek of op internet. Kies de betekenis die in de tekst past.

Let op: Woorden hebben soms een figuurlijke betekenis. Vaak kun je die betekenis wel raden, maar je vindt hem ook in het woordenboek.

Slide 8 - Diapositive

Uitleg meervouden
https://nieuwnederlands.digitaal.noordhoff.nl/#/plp/book/0819c51c-40be-4c83-a4bd-a59023c00f51/chapter/2ffa32e4-af8b-4b74-a0b1-238fc7fb92fa/paragraph/4361b468-4604-452c-8c73-9f5fb1a94c4c/lesson/34fd7c60-878c-40f6-ad49-bc97c9270a73

Slide 9 - Diapositive

Meervouden op -s, -en, -ën
Leerdoel
  • Je kunt meervouden op -s, -e en -ën vormen.

Uitleg
Meervoud op -s
  • Plak de -s eraan vast: telefoon > telefoons, game > games, vakantie > vakanties.
  • Gebruik 's om de klank lang te houden: radio > radio's, baby > baby's, echo > echo's.

Meervoud op -en
  • Plan -en eraan vast: klomp > klompen, doek > doeken.
  • Let op de spellingsregels: lokaal > lokalen, kat > katten, druif > druiven, muis > muizen.

Meervoud op -ën (waar de trema staat begint de je-klank).
  • Zee > zeeën (zee-jen), twee > tweeën (twee-jen).
  • Let op de klemtoon: strategie > strategieën, maar: bacterie > bacteriën.

Slide 10 - Diapositive


Aan de slag!




H6: lezen
Maak opdracht 1,2 en 3
H6 Taal verzorging Spelling: Over meervouden 

We werken de eerste 10 minuten in stilte.

Klaar? Verder met opdracht 4,5 en 6




timer
10:00

Slide 11 - Diapositive

Evaluatie
  • Ik vond deze les wel gemakkelijk

  • Ik heb goed meegedaan met de les

  • Ik heb alle opdrachten af

Slide 12 - Diapositive

Einde les

Slide 13 - Diapositive